Het grootste deel van de kiezersgroepen van D66 en ChristenUnie zien hun partij liever opnieuw met elkaar regeren dan dat zij in de oppositie belanden. Dat meldt EenVandaag op basis van een onderzoek onder meer dan 20.000 kiezers.
EenVandaag legde kiezers van de formerende partijen dinsdag en woensdag het dilemma voor: regeren in de coalitie waar hun partij nu bezwaar tegen heeft of plaatsnemen in de oppositie. De grootste groep van de ChristenUnie-kiezers (54 procent) verkiest regeren met D66 boven de oppositie. En ook de helft van de D66-stemmers (49 procent) geeft de voorkeur aan een herhaling van Rutte III boven de oppositie (44 procent).
De bereidheid om verschillen te overbruggen is bij andere achterbannen een stuk lager, stelt EenVandaag. Zo verkiest een grote meerderheid van de VVD- en CDA-kiezers de oppositie boven een deelname aan een kabinet met zowel de PvdA als GroenLinks.
VVD-leider Mark Rutte en CDA-leider Wopke Hoekstra gaven al te kennen niks te zien in een vijfpartijencoalitie, met VVD, D66, CDA, PvdA en GroenLinks, en zitten wat dat betreft op één lijn met hun achterban. Aan de andere kant willen GroenLinks- en PvdA-kiezers niet op het bordes staan zonder de ander.
Informateur Mariëtte Hamer heeft Rutte en D66-leider Sigrid Kaag de opdracht gegeven om samen een aanzet tot een regeerakkoord te schrijven. Andere partijen kunnen daarop aan- of afhaken. Van alle ondervraagden vindt ongeveer de helft (46 procent) dit weliswaar de juiste stap in de formatie, maar bij kiezers van de onderhandelende partijen zijn de verwachtingen laag. Weinig kiezers van het CDA (45 procent), GroenLinks (32 procent), de PvdA (28 procent) en de ChristenUnie (24 procent) verwachten dat dat plan voldoende aanknopingspunten bevat voor hun partij om over door te onderhandelen. Een nog kleiner deel van die kiezers denkt dat het plan overeenkomt met hun eigen standpunten.