De Jonge: het was ongelukkig om cultuur niet-essentieel te noemen

25 mei 2021, 23:29 Landelijk
de jonge het was ongelukkig om cultuur niet essentieel te noemen
Hugo de Jonge vindt het achteraf "ongelukkig" dat de cultuursector in de wetgeving voor het toegangstesten is omschreven als niet-essentieel. De demissionair minister van Volksgezondheid zei tijdens een debat in de Eerste Kamer dat die term uit een advies van de Gezondheidsraad komt, maar dat het overnemen daarvan "voer voor misverstanden" is geweest.
De Jonge begreep in eerste instantie de ophef in de cultuursector niet over de term niet-essentieel, omdat zijn woorden uit de context gehaald zouden zijn. "Dan worden er drie columns over geschreven en is een halve sector boos, verdrietig en beledigd, maar dat bedoelde ik niet zo." Een column van Maxim Februari in NRC bracht hem op andere gedachten, zo zei de bewindsman.
Februari schreef dat door de minister straks bij wet wordt vastgelegd dat kunst niet-essentieel is: "dat het niet van primair belang is te spelen, iets te beleven en te ervaren, gezamenlijk naar betekenis te zoeken, als verveelde puber onder protest in een theaterzaal te zitten, de voorstelling te haten en zo je persoonlijkheid soeverein vorm te geven". De term niet-essentieel voor de kunst is nu blijvend, waarschuwde de columnist.
De minister zei dinsdag in de senaat die column"vrij treffend" gevonden te hebben. "Natuurlijk is cultuur essentieel, we kunnen niet zonder culturele uitingen." Volgens De Jonge is het werk van kunstenaars en theatermakers "wat het leven mooi maakt" en hebben mensen het ook nodig om optredens te kunnen bijwonen in "zo groot mogelijke zalen". Daar verbond hij overigens verder geen consequenties aan.