Demissionair zorgminister Hugo de Jonge zal het initiatief Prullenbakvaccin.nl "geen strobreed in de weg leggen" als zij mensen aan overgebleven inentingen kunnen helpen. Hij blijft er wel bij dat het "een heel onhandige manier" is om aan het vaccin te komen, en denkt ook dat huisartsen beter onderling de overgebleven spuiten kunnen uitwisselen.
"Het voorziet kennelijk in een behoefte en dat is prima. Maar ik geloof niet dat het de allerbeste manier is om met het surplus om te gaan", zei minister De Jonge vrijdagmiddag. Het idee van de website is dat huisartsen zich kunnen aanmelden. Mensen die graag geprikt willen worden, moeten vervolgens de site in de gaten houden. Wie zich binnen tien minuten als eerste bij de betreffende huisarts meldt, kan een inenting krijgen.
"Ik vind het een heel onhandige manier om met de laatste prikken in een potje om te gaan", aldus minister De Jonge. Het gaat volgens hem per definitie om een heel klein deel van de prikken.
Via de site kunnen alleen huisartsen restjes verdelen, de GGD'en niet. Die huisartsen hebben meestal maar één of twee dagen waarop ze hun patiënten inenten, en dan enige weken later nog een tweede ronde. Per praktijk houdt een arts als het goed is nooit meer dan één flacon over, zei de minister. Een flesje bevat zo'n tien doses. Volgens De Jonge zijn de restjes er in de praktijk daarom "bijna niet".
Aanvankelijk waarschuwde het ministerie van Volksgezondheid dat de vaccins eigenlijk niet van de huisartsen zijn, en het dus ook niet aan hen is om ze te herverdelen. Zelf juridische stappen werden niet uitgesloten. De Tweede Kamer vroeg de minister daarop dit soort initiatieven niet tegen te werken maar te ondersteunen. Uiteindelijk vindt de minister het ook beter dat de vaccinaties niet verloren gaan, zegt hij nu. "Als je kunt zorgen dat prikken in een bovenarm gaan in plaats van in de prullenbak terechtkomen: altijd doen."