De Utrechtse burgemeester Sharon Dijksma is te spreken over het besluit van de Tweede Kamer om de spreidingswet asielzoekers te behandelen. "Het getuigt van verantwoordelijkheidsbesef dat de Kamer dit belangrijke wetsvoorstel niet nog meer vertraging laat oplopen. Daarmee geeft zij een hoopvol signaal af."
Dijksma is ook voorzitter van de G4, de vier grootste gemeenten (Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Utrecht) en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). Ze reageert op het besluit van een meerderheid van de vaste Kamercommissie voor Justitie en Veiligheid om ondanks het demissionaire kabinet het wetsvoorstel te behandelen. Dinsdag stemt de Tweede Kamer hier nog over.
"Voor gemeenten is het essentieel om duidelijkheid te krijgen over de spreidingswet", meent Dijksma. "Zij zijn immers een onmisbare schakel in de opvang van vluchtelingen."
De Amsterdamse wethouder Rutger Groot Wassink, voorzitter van een VNG-commissie over asiel en migratie, vindt het een goede zaak dat het wetsvoorstel in behandeling wordt genomen. "Gemeenten hebben de wet nodig om tot een eerlijke verdeling van het aantal asielzoekers te komen" zegt hij. Groot Wassink is wel kritisch over de inhoud van de spreidingswet. Hij noemt de tekst "te complex en onnavolgbaar". Volgens de VNG-vertegenwoordiger zorgt de voorgestelde wet zoals die nu is geschreven voor "vertraging en een niet evenwichtige spreiding van opvangplekken over gemeenten".