De eerste wandeldag van de Vierdaagse was voor 661 mensen te zwaar. Ze zijn niet eens begonnen aan de wandeltocht of hebben de eerste dag door de Betuwe niet kunnen voltooien, aldus de organisatie dinsdagavond.
Er zijn nu 44.041 deelnemers over, die woensdag op pad gaan voor de tweede dag door het Land van Maas en Waal. Vorig jaar vielen op de eerste dag iets minder wandelaars uit.
De eerste dag door de Betuwe heeft volgens het Rode Kruis voor opvallend veel blaren gezorgd. Zowel onderweg als bij het eindpunt in Nijmegen zijn vele tientallen blaren meer doorgeprikt dan andere jaren.
Het Rode Kruis heeft volgens een woordvoerster geen verklaring voor de grote hoeveelheid blaren bij de wandelaars. Het was dinsdag droog en niet te warm, dus "optimaal wandelweer", zei marsleider Henny Sackers. Er zijn ook niet heel veel meer lopers die voor de eerste keer meedoen. Het Rode Kruis zoekt uit waardoor de toename is veroorzaakt.
De eikenprocessierups heeft dinsdag niet veel klachten bij lopers veroorzaakt, maar het parcours van de eerste dag telt ook niet veel eikenbomen. Woensdag gaat de Vierdaagse door een gebied waar extreem veel rupsen zijn bestreden.