Weinig landen hebben zo’n groot belang bij afspraken om klimaatverandering tegen te gaan als eilandstaten in de Stille Oceaan. Voor deze regio kan iedere vermeden centimeter zeespiegelstijging cruciaal zijn. Op de klimaattop in Sharm-el-Sheikh hopen jongeren uit eilandstaten en hun bondgenoten meer steun te vergaren voor een plan om het Internationaal Gerechtshof in te schakelen. Van het VN-hof in Den Haag hopen ze het principiële oordeel los te krijgen dat klimaatverandering niets minder is dan een bedreiging van de mensenrechten.
De eilandstaten, onder leiding van Vanuatu, krijgen hulp van andere landen. Zo is de Leidse student internationaal recht Mert Kumru voor de organisatie World’s Youth for Climate Justice naar Sharm-el-Sheikh gereisd om dit diplomatieke offensief verder te helpen. "De risico’s van klimaatverandering zijn voor deze jongeren zo acuut, dat ze binnen deze generatie nog moeten gaan denken aan migratie binnen hun eigen regio en op een gegeven moment daarbuiten. Dat maakt mij heel erg boos", vertelt hij. "Het gaat om hun recht om te leven op het land van hun voorouders."
Een opinie van het hof, dat in het Haagse Vredespaleis is gevestigd, is niet eenvoudig te krijgen. Om het verzoek in te dienen is een meerderheid in de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties vereist. Die hopen Vanuatu en de andere eilandstaten binnen te halen op de COP27.
Als het zover komt, zou het gaan om een advies. Dat is niet bindend. Van een oordeel van het hof gaat echter wel "een groot moreel gezag’’ uit, legt de rechtenstudent en activist uit. En dat kan landen weer aanzetten tot meer actie, zo is het idee.
"Dit is geen zaak van de ene partij tegen de andere’’, verduidelijkt Kumru. "We vragen: beste rechters, leg aan ons uit wat de impact is van klimaatverandering op het genot dat wij hebben van onze mensenrechten. Bijvoorbeeld het recht op leven en op wonen, ook voor toekomstige generaties." Dat geldt overigens niet alleen voor de Pacifische eilandstaten die met de procedure bezig zijn, maar ook voor een kwetsbaar eiland als Bonaire, zegt Kumru.
In Nederland kwam het verband tussen mensenrechten en klimaatverandering eerder al naar voren in het zogeheten Urgenda-arrest. Met die uitspraak in 2019 dwong de Hoge Raad de Staat tot meer klimaatactie.
Tientallen landen, waaronder Duitsland en Portugal, hebben besloten Vanuatu hierin te steunen. Nederland heeft zich nog niet uitgesproken. Kumru wil het onderwerp aankaarten bij Nederlandse ministers die naar de top komen. "En hopelijk ook bij Eurocommissaris Frans Timmermans. Het zou enorm helpen als de hele EU dit zou steunen."