Voor het doodschieten van Amersfoorter Mike Duif in februari 1996 heeft het Openbaar Ministerie dinsdag een celstraf van achttien jaar geëist tegen de vermeende schutter David L. (55).
De nu 55-jarige verdachte is volgens het Openbaar Ministerie een bekende van het slachtoffer. Hij werd eerder in april 1996 al aangehouden als verdachte, maar er was destijds onvoldoende bewijs. L. werd in april vorig jaar opnieuw gearresteerd als verdachte.
Mike Duif kwam op 26-jarige leeftijd om het leven in zijn eigen flatwoning aan de Ariaweg in Amersfoort. Hij was doodgeschoten met meerdere kogels door zijn hoofd en lichaam. Hij werd 's avonds gevonden door een huisgenoot. Lange tijd bleef de moord onopgelost, tot in 2020 een anonieme getuige zich meldde bij het coldcaseteam van de politie. Die vertelde dat de verdachte had bekend het slachtoffer te hebben doodgeschoten.
In het onderzoek dat volgde werd meer bewijs gevonden, omdat L. de moord aan twee undercoveragenten opbiechtte. Daarnaast wisten familieleden van zijn toenmalige vriendin aan de politie te vertellen dat hij haar destijds zou hebben verteld dat hij Duif gedood had. Zijn inmiddels overleden vriendin zou met hulp van een familielid het wapen en de kleding hebben weggegooid.
Het motief voor de moord zou een ruzie om geld zijn. Duif zat met L. in een louche handel van gestolen computeronderdelen. Vlak voor zijn dood had Duif een grote som geld verdiend. De verdachte wist hier van af en had volgens het OM op dat moment geld nodig om een deurwaarder te betalen. Volgens het OM werd de diefstal van 13.000 euro de reden om Duif dood te schieten. Dat de verdachte nooit openheid van zaken heeft gegeven, rekent het OM hem 27 jaar na dato extra aan.