De schoolexamens worden volgend jaar grotendeels weer zoals voor corona, schrijft onderwijsminister Dennis Wiersma aan de Tweede Kamer. Tijdens de pandemie waren de examenmogelijkheden en beoordelingen aangepast. In 2023 zijn er alleen nog enkele aanpassingen in de periodes waarin de examens plaatshebben.
Voor sommige leerlingen is de situatie nog steeds uitdagend, erkent de bewindsman, maar de kandidaten moeten nu eenmaal goed worden voorbereid op de samenleving, arbeidsmarkt en vervolgopleiding. Wiersma noemt het daarom in het belang van leerlingen dat de exameneisen weer teruggaan naar het niveau van voor corona. Intussen leeft bij leerkrachten de zorg "dat we voor de examens blijvend genoegen nemen met minder".
Wiersma weegt mee dat de slagingspercentages in de afgelopen jaren merkbaar hoger waren dan normaal. De aanpassingen van 2021 en 2022 hebben "een merkbaar effect op de motivatie, het (strategisch) leergedrag en daarmee de vaardigheden van leerlingen" gehad. Bij de examens van 2023 zullen dus prestaties worden gevraagd zoals voor de pandemie, maar zal er nog wel extra flexibiliteit worden geboden, in het bijzonder in het vmbo.
Het tweede tijdvak van het centraal examen, de inhaalperiode voor wie eerder door overmacht niet kon meedoen, zal nog tien dagen duren in plaats van de gebruikelijke vier dagen. "Ziekte en quarantaine tijdens het eerste tijdvak kunnen hiermee beter worden opgevangen. Ook verlengen we de afnameperiodes van de digitale flexibele examens in het vmbo en het centraal schriftelijk en praktisch examen tot aan de laatste schooldag van de laatste vakantieregio", schrijft Wiersma.
Het College voor Toetsing en Examens (CvTE) kan nog niet helemaal normeren zoals voor corona, maar streeft er volgens de brief ook naar dat de eisen zijn zoals voor die tijd en de behaalde cijfers recht doen aan de prestatie van de leerling.