Slachtoffers van seksueel geweld en seksueel grensoverschrijdend gedrag zijn vanaf 1 juli strafrechtelijk beter beschermd. Dan wordt de Wet seksuele misdrijven van kracht, nu die ook door de Eerste Kamer is aangenomen. De slachtoffers kunnen dan in meer gevallen aangifte doen van verkrachting en aanranding.
Zo'n 25.000 politiemensen worden voor de uitvoering van de wet opgeleid, onder wie intakemedewerkers op politiebureaus. Bij het Openbaar Ministerie (OM) worden de komende jaren 250 officieren van justitie opgeleid, van wie een deel zal worden ingezet voor de behandeling van zedendelicten. Dat zei demissionair justitieminister Dilan Yeşilgöz dinsdagavond tijdens het debat in de Eerste Kamer. Een deel van de senaat had zorgen over de uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid van de wet. De senatoren willen niet dat aangiften van zedendelicten te lang blijven liggen door capaciteitsproblemen bij de politie en het OM.
Uitgangspunt in de nieuwe wet is dat seksueel geweld en seksueel grensoverschrijdend gedrag offline en online even strafbaar is. Vanaf 1 juli wordt ook seksuele intimidatie in het openbaar strafbaar, net zoals sexchatting.
Daarnaast gaan de maximumstraffen voor een aantal seksuele misdrijven omhoog. Voor verkrachting van een kind dat jonger dan twaalf jaar is, gaat de gevangenisstraf omhoog naar maximaal vijftien jaar. Voor kinderpornografie wordt het strafmaximum verhoogd naar zes jaar gevangenisstraf.
"De huidige wetgeving ten aanzien van seksueel geweld sloot niet meer aan bij wat we als samenleving acceptabel gedrag vinden en wat niet", zegt Yeşilgöz. Seksueel misbruik en seksuele intimidatie moeten volgens de bewindsvrouw harder worden aangepakt. "Het is onacceptabel dat straten gemeden worden en dat mensen zich niet veilig kunnen bewegen op internet en op social media uit angst voor seksueel ongewenst gedrag van anderen."
Alleen Forum voor Democratie stemde tegen het wetsvoorstel van Yeşilgöz.