De familie Rothschild is akkoord gegaan met de verkoop van het werk De Vaandeldrager van Rembrandt aan de Nederlandse staat. Het doek wordt verkocht voor een bedrag van 175 miljoen euro. De Nederlandse staat betaalt hiervan 150 miljoen euro. De Vereniging Rembrandt en het Rijksmuseum Fonds betalen respectievelijk 15 miljoen euro en 10 miljoen euro.
De Eerste en Tweede Kamer moeten nog akkoord gaan met de aanschaf van het werk. Als zij ermee instemmen, is de aankoop definitief. Het werk moet uiteindelijk in het Rijksmuseum komen te hangen. Directeur Taco Dibbits zei er eerder woensdag nog niet gerust op te zijn dat het werk daadwerkelijk aangeschaft zou worden, wegens mogelijke kapers op de kust. "Eerst zien, dan geloven", zei hij toen.
De familie Rothschild wilde in 2019 het werk al verkopen, maar omdat de Franse staat het als een "nationale schat" bestempelde had het 30 maanden de tijd om het zelf aan te schaffen. Nu Frankrijk daarvan afziet, is het mogelijk voor Nederland om het werk te kopen.
Zodra de aankoop rond is, gaat het doek op tournee langs alle twaalf provincies. Daarna komt het schilderij te hangen op de Eregalerij van het Rijksmuseum. De Vaandeldrager blijft "voor altijd Nederlands publiek bezit", schreef demissionair minister Ingrid van Engelshoven (Cultuur) op Twitter.
SP-Kamerlid Peter Kwint twitterde woensdag dat het doek "een mooi stuk cultuurgeschiedenis" is, maar dat hij ook minimaal 150 miljoen euro steun wil voor noodlijdende kunstenaars. Ook wil hij dat iedere Nederlander minimaal een keer gratis het schilderij kan bewonderen. Ook GroenLinks-Kamerlid Lisa Westerveld wil hetzelfde bedrag voor creatieve makers.