De provincie Gelderland heeft volgens dierenrechtenorganisatie De Faunabescherming maar tot volgende week woensdag de tijd om een eventuele probleemwolf in Het Nationale Park De Hoge Veluwe te vinden en het dier vervolgens te beschieten met een paintballgeweer. Op 1 februari loopt de ontheffing af die de provincie voor het paintballschieten heeft afgegeven. De Faunabescherming zal een nieuwe ontheffing die daarna nodig is, zeer kritisch bekijken en mogelijk opnieuw naar de rechter stappen.
Dat zei Harm Niessen van de dierenrechtenorganisatie woensdag in een reactie op het besluit van de rechtbank in Utrecht dat Gelderland het paintballgeweer mag gebruiken om een te tamme wolf op de Hoge Veluwe te laten schrikken. Het idee is dat de wolf, die zelf mensen opzocht, de pijn van een paintballkogel associeert met de mens en zo weer uit de buurt van mensen blijft.
De Faunabescherming is teleurgesteld over de uitspraak, die voor de organisatie onverwacht was. "Paintballschieten op een wolf is nog nooit gedaan, dus niemand kan weten of het nuttig is en effect heeft. Wij vinden dat paintballschieten geen garantie is voor de openbare veiligheid."
"De Hoge Veluwe heeft de wolf zelf gelokt door het dier te voeren. Een probleemwolf kwam ze goed uit, want ze willen geen wolven in het park", aldus Niessen. "Maar nu kan niemand vaststellen of het steeds dezelfde wolf is die bij mensen kwam want er is geen DNA verzameld. Bovendien horen wij dat het al een hele poos niet meer is gebeurd; de zogenaamde probleemwolf zou zelfs gedood zijn."
Volgens de Faunabescherming mag Gelderland pas gaan schieten als is vastgesteld dat de te tamme wolf geraakt kan worden. "Maar het is een groot probleem om precies dat dier te vinden. Dat is eigenlijk onmogelijk", aldus Niessen.