Vakbond FNV ligt met zijn eisen voor een nieuwe cao in het streekvervoer nog ver weg van wat de werkgevers bieden. Dat zegt FNV-bestuurder Marijn van der Gaag. Vrijdag was er een nieuwe onderhandelingsronde. "Belangrijkste verschil zit ‘m nog in de loonstijging, maar ook op het gebied van het verlagen van de werkdruk en een goede regeling voor oudere werknemers liggen er nog flinke uitdagingen", aldus Van der Gaag in een verklaring.
Hij zegt dat alle aandacht nu uitgaat naar 10 januari wanneer opnieuw wordt gepraat. "Als dat niet genoeg oplevert, kunnen we niet anders dan de geplande stakingen van 17, 18, 19 en 20 januari door laten gaan." Onder de cao streekvervoer vallen zo’n 13.000 mensen. De huidige cao loopt 31 december af.
FNV wil een structurele reparatie van het koopkrachtverlies door de gestegen prijzen. De vakbond heeft daarom een looneis van 20 procent op tafel gelegd. "Die reparatie van het koopkrachtverlies geldt dus voor komend jaar, maar gaat ook over het verlies van afgelopen jaar. Het bod dat de werkgevers vandaag deden, is volstrekt onvoldoende om dat verlies te compenseren", aldus de FNV-bestuurder.
Ook wil FNV dat de hoge werkdruk aangepakt wordt. Door een groot personeelstekort lopen veel chauffeurs volgens FNV op hun tandvlees. "Vrije dagen worden ingetrokken en daarover wordt vaak niet de vereiste toeslag betaald, werkgevers lappen op dit moment de regels aan hun laars om de dienstregeling draaiende te houden. Dat gaat ten koste van de gezondheid van de chauffeurs. Inmiddels is één op de vijf ziek", zegt Van der Gaag.
Het gaat om een andere cao in het streekvervoer dan die voor zo'n 1300 werknemers van bedrijven als Qbuzz, Arriva en Keolis geldt. Ook over deze cao zijn bonden in conflict met werkgevers. Voor deze conducteurs, machinisten en buschauffeurs eisen de vakbonden dat de lonen automatisch meestijgen met de inflatie. In het noorden van Nederland wordt daarom gestaakt bij Arriva-treinen.