Hoewel het speculeren is hoe een toekomstig kabinet eruit zal zien, is duidelijk dat "de formatie nu muurvast zit voor Rutte", zegt politicoloog Tom van der Meer (UvA) vrijdag, kort na het zinderende debat dat VVD'er Mark Rutte ternauwernood politiek overleefde. Daarin gaf hij toe gesproken te hebben over de positie van het kritische CDA-Kamerlid Pieter Omtzigt, maar was hij dat eerst vergeten.
Een motie van wantrouwen kreeg geen meerderheid, maar een motie van afkeuring wel. Deze werd zelfs ingediend door beoogd coalitiegenoten CDA (Wopke Hoekstra) en D66 (Sigrid Kaag). Van der Meer: "Kaag gaf daarbij nog het signaal richting Rutte: als mij dit was overkomen, dan was ik niet blijven zitten."
Dat linkse partijen en centrumrechtse partijen de motie van wantrouwen steunden, maakt het niet waarschijnlijk dat ze aanschuiven in een kabinet onder leiding van Rutte, denkt Van der Meer. "Dan blijven er vier partijen over, dezelfde die het huidige demissionaire kabinet vormen. Staatsrechtelijk staat niets hen in de weg, maar in de praktijk is het door de gebeurtenissen een wankele basis."
Politicoloog André Krouwel (VU) is minder pessimistisch over de positie van Rutte. "Hij is nog steeds de machtigste politicus in Nederland, hij zal straks gewoon een centrumrechts kabinet leiden", aldus Krouwel. De rol die Kaag en Hoekstra aannamen in het debat noemt hij hypocriet. "Dat er zo over Omtzigt is gesproken, is natuurlijk schandalig. Aan de andere kant is het logisch dat over de stabiliteit van fracties gesproken wordt tijdens een formatie. En daar zullen Kaag en Hoekstra ook gewoon aan hebben meegedaan. Ze hebben allemaal boter op hun hoofd en dat zal de kiezer ook vermoeden."
De motie van afkeuring van Kaag kwam op Krouwel dan ook bevreemdend over. "Van het CDA kon ik me dat nog voorstellen, want de discussie gaat over iemand uit hun partij. Maar D66 is toch medeschuldig? Het was toch een verkenner van die partij die met die papieren onder de arm liep? Bij D66 zijn ze niet zo onschuldig als ze zich voordoen. Ik vond het maar een rare stijlfiguur."
De onhandigheid van een ambtenaar om gevoelige zaken zo onthullend in notulen vast te leggen, vindt Krouwel niet zo zwaar wegen dat Rutte erom moet opstappen. "Wat bereik je ermee alleen hem hiervan de schuld te geven?"
Bij het aanwijzen van een nieuwe verkenner denkt de politicoloog aan "iemand met gezag, een expert, iemand van buitenaf met kennis van politieke verhoudingen". Hij denkt dan bijvoorbeeld aan Thom de Graaf, de vice-president van de Raad van State en oud-minister voor D66. "Of aan iemand als oud-CDA-premier Jan Peter Balkenende. Misschien een goede stap om het CDA, na alles wat er gebeurd is, toch aan boord te krijgen in een coalitie."
De regie in de formatie teruggeven aan de koning, iets waar in 2012 afscheid van werd genomen, is volgens Tom van der Meer niet iets wat te verwachten valt. "Het is in de Tweede Kamer nog zoeken naar hoe het gaat en wat er beter kan. Er was sprake van een grote misser die tot groot wantrouwen onderling heeft geleid. Maar niet dusdanig dat het proces fundamenteel hoeft te worden omgegooid."
Daar is Krouwel het mee eens. "Het lijkt me niet dat ze het weer terugdraaien op basis van één stomme fout. Die rol aan de koning geven, is feitelijk teruggaan naar een situatie met het 'geheim van het paleis'. Dat leidt per saldo tot minder transparantie, terwijl in deze tijden juist meer transparantie wordt gevraagd."