Het coronavirus heeft zijn opmars afgelopen week voorgezet. "Alle seinen staan nog steeds op rood", vat het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) de situatie samen. Het instituut registreerde de laatste zeven dagen opnieuw fors meer besmettingen dan een week eerder: in totaal 82.340. Daarvan zijn er wel circa 6000 toe te schrijven aan de week daarvoor.
Door een computerstoring werden de betreffende meldingen pas later verwerkt. In de vorige weekrapportage meldde het RIVM 58.412 nieuwe gevallen, maar het werkelijke aantal was dus nog hoger. Na correctie van de cijfers bedraagt de stijging in de afgelopen week zo'n 20 procent.
Het aantal ziekenhuisopnames en aan Covid-19 gerelateerde sterfgevallen nam ook toe. Het RIVM registreerde afgelopen week 472 overlijdens, een week eerder waren het er 398.
Op verpleegafdelingen kwamen er 1549 coronapatiënten bij, tegen 1326 een week eerder. Op de intensive cares werden 287 mensen opgenomen met een ernstige vorm van Covid-19. Het waren er in de voorgaande week 230.
Toen de vorige weekcijfers werden gepubliceerd, begon de strenge lockdown waarmee het kabinet overbelasting van de ziekenhuiszorg hoopt te voorkomen. In de dagen die volgden, liep het aantal geconstateerde besmettingen verder op.
Het is niet verwonderlijk dat de lockdown in de eerste week nog niet heeft geleid tot daling van het aantal besmettingen. De incubatietijd van het virus is volgens het RIVM gemiddeld vijf tot zes dagen en maximaal 14 dagen. Wie nu klachten krijgt, kan het virus nog voor de lockdown hebben opgelopen. Van alle mensen die coronaklachten krijgen, ontwikkelt 99 procent die binnen 10 dagen na de besmetting.
Nog altijd worden bij jongeren de meeste besmettingen ontdekt. Het aantal meldingen per 100.000 mensen is het hoogst in de leeftijdsgroep van 13 tot 17 jaar, gevolgd door de groep van 18 tot 24 jaar.
Het aantal verpleeghuizen en woonzorgcentra waar zeker één besmetting is geconstateerd in de afgelopen week, nam ook weer flink toe: van 152 tot 207.