Wie in aanraking komt met justitie hoeft meestal niet te vrezen dat een aanvraag voor een Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG) wordt geweigerd. Minister Franc Weerwind (Rechtsbescherming) schrijft in een Kamerbrief dat slechts een klein gedeelte de verklaring niet krijgt. Meestal is de aantekening "niet relevant" voor het werk dat de aanvrager wil doen.
Als mensen solliciteren voor een baan is het regelmatig een vereiste dat ze een VOG aanvragen bij het ministerie van Justitie. Medewerkers van kinderdagverblijven wordt hier bijvoorbeeld standaard naar gevraagd. Weigering kan verstrekkende gevolgen hebben: een kans op een baan kan aan iemand voorbijgaan. Dat kan de re-integratie van mensen met een strafblad in de weg zitten.
Vorig jaar zijn 1,5 miljoen van zulke gedragsverklaringen aangevraagd. Dat is wederom een stijging vergeleken met een jaar eerder, deze keer van 7 procent. Steeds vaker wordt ook naar zo'n verklaring gevraagd als mensen zich aanmelden voor vrijwilligerswerk. Het komt bovendien vaker voor dat mensen voor dezelfde baan om de zoveel tijd een VOG moeten aanvragen.
In 2700 gevallen werd de aanvraag geweigerd vanwege "relevante justitiële gegevens", nog geen kwart procent van het totaal. Daar staat tegenover dat 240.000 keer een VOG werd goedgekeurd van mensen die in aanraking zijn gekomen met justitie.
"In de maatschappij bestaat veelal het beeld dat mensen met justitiële antecedenten geen VOG meer kunnen krijgen en daarmee moeilijk aan een baan kunnen komen", schrijft Weerwind. Op basis van deze cijfers lijkt dat niet het geval, stelt de minister.