Medewerkers en patiënten die in zorginstellingen verblijven moeten voorrang krijgen bij coronatesten, vindt beroepsorganisatie NU'91. De organisatie van verpleegkundigen en verzorgenden stelt dat het nu vaak te lang duurt voordat een medewerker of patiënt een uitslag krijgt. NU'91 pleit ervoor om zorgpersoneel en patiënten binnen 12 uur te testen en binnen 24 uur de uitslag te melden. Ook mensen uit andere risicogroepen zouden volgens de organisatie voorrang moeten krijgen.
"We horen verhalen vanuit zorgorganisaties dat patiënten 48 uur moeten wachten voor zij worden getest en dat het vervolgens nog eens 48 uur duurt voordat de uitslag bekend is", zegt voorzitter Stella Salden. In die tijd kan iemand andere patiënten of het personeel van een zorginstelling besmetten. "Door snel duidelijkheid te verschaffen kan veel gerichter worden gehandeld en kan een eventuele verdere uitbraak worden voorkomen, omdat je er veel directer bovenop zit."
Om de besmettingsrisico's te verkleinen, kunnen patiënten die op een testuitslag wel worden afgezonderd, maar ook dat heeft grote nadelen. "Zij begrijpen soms door een beperking of cognitieve aandoening niet waarom dit nodig is", zegt Salden. "Bovendien worden veel persoonlijke beschermende middelen ingezet die mogelijk niet nodig zijn. Met het oog op de schaarste is dat zonde."
Ook voor de personele bezetting is het problematisch als medewerkers dagen moeten wachten voordat ze weten of ze het coronavirus wel of niet hebben opgelopen. Zij moeten in de tussentijd thuisblijven.
Sinds 1 juni mag iedereen die milde klachten heeft zich laten testen bij de GGD. Dat heeft ertoe geleid dat het aantal testen fors is gestegen. Tussen 15 juni en 21 juni werden 58.064 mensen getest, zo blijkt uit de laatste gegevens van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Slechts 1 procent bleek daadwerkelijk het virus bij zich te dragen.