Het Nederlands-Indonesische onderzoek naar wie de Nederlandse oorlogsschepen De Ruyter, Java en Kortenaer in de Javazee heeft geborgen, heeft geen spoor van de daders of de schepen opgeleverd. Het onderzoek, dat vorig jaar begon, is inmiddels afgerond, bevestigen Haagse bronnen naar aanleiding van berichtgeving in De Telegraaf.
Nederlandse en Britse oorlogsgraven van de Slag in de Javazee in 1942 bleken in 2016 massaal te zijn geschonden. Nabestaanden reageerden ontzet. Premier Mark Rutte noemde het verdwijnen van de oorlogsschepen eerder ,,buitengewoon ernstig'' en ,,diep ingrijpend''. Hij kondigde aan dat Nederland en Indonesië nauw zouden gaan samenwerken om erachter te komen wat er met de verdwenen Nederlandse oorlogsschepen is gebeurd.
De Japanse marine bracht tijdens de invasie van toenmalig Nederlands-Indië een groot aantal schepen tot zinken. Hieronder was het vlaggenschip De Ruyter van schout-bij-nacht Karel Doorman. Hij was commandant van het geallieerde eskader dat op de Japanners was afgestuurd. Aan Nederlandse zijde vonden 915 marinemensen een zeemansgraf.
Indonesië zou er volgens Haagse bronnen inmiddels zeker van zijn dat er geen aanwijzingen te vinden zijn die leiden naar wie de wrakken heeft geborgen. Nederland wil er samen met Indonesië voor zorgen dat er niet nog meer meer historische schepen van de zeebodem verdwijnen. Daar worden nog gesprekken over gevoerd.
Voorzitter Jacques Brandt van het Karel Doorman Fonds is teleurgesteld dat het onderzoek niets heeft opgeleverd. ,,Onbevredigend, maar niet geheel verrassend'', laat hij weten.
Tijdens een duikexpeditie op de plek waar de wrakken ooit lagen zijn in 2016 wat spullen opgedoken zodat kon worden aangetoond dat de duikers op de goede plek waren geweest. Deze zijn in Indonesië gebleven voor het onderzoek, maar nu dit is afgerond, hoopt Brandt dat ze worden vrijgegeven en naar Nederland komen.
Het gaat onder meer om een grote granaathuls. Volgens Brandt zijn het de laatste tastbare herinneringen en daarom van grote waarde.