De achterban van de politievakbonden steunt het onderhandelingsresultaat over een nieuwe cao dat de bonden in september hadden bereikt met justitieminister Ferd Grapperhaus. Daarmee wordt de cao nu definitief zodra de handtekeningen zijn gezet. Dat gebeurt donderdagochtend.
De leden van de ACP, NPB, ANPV en VMPH konden de afgelopen weken laten weten of ze het met het principeakkoord eens waren of niet. Ruim 61 procent van de vakbondsleden die aan de ledenpeiling deelnamen, stemde voor, zo maakten de bonden woensdag bekend. Bijna 39 procent vond de gemaakte afspraken onvoldoende. Zo was er onvrede over het ouderenbeleid. Knelpunt is volgens ACP-voorzitter Gerrit van de Kamp ook dat politiemensen weinig vertrouwen hebben dat de politie alle afspraken ook echt gaat uitvoeren.
De nieuwe cao houdt onder meer in dat de politie er de komende drie jaar ruim 8 procent salaris bij krijgt en daarnaast nog twee keer een uitkering van 400 euro bruto. Ook wordt de werkdruk aangepakt door meer mensen aan te nemen, mogen agenten vier keer negen uur per week blijven werken en krijgen ze meer zeggenschap over hun rooster.
Het onderhandelingsresultaat werd pas bereikt na maandenlang onderhandelen en actie voeren door politiemedewerkers. Vlak voordat de minister via de rechter een grote actie wilde laten verbieden, kwam er alsnog een voorlopig cao-akkoord rond. Sindsdien waren de acties opgeschort.
In totaal brachten ruim 16.100 vakbondsleden hun stem uit over de cao. Dat is een respons van slechts 29 procent en dat is veel lager dan de 50 procent respons waar de bonden van uit waren gegaan. Maar ook bij de 29 bijeenkomsten die de politiebonden organiseerden om de cao uit te leggen - waar 5000 leden op afkwamen - bleek uit het aantal opgestoken handen dat een meerderheid positief was. Van de Kamp noemt de uitkomst ,,absoluut representatief''.
Korpschef Erik Akerboom laat weten dat hij tevreden is met de steun voor de nieuwe cao en dat de politieorganisatie nu aan de slag gaat met de afspraken.