Bijna de helft van de jongeren denkt dat de coronacrisis hun leven vooral negatief heeft beïnvloed. Een iets kleinere groep van ruim vier op de tien jongeren ziet zowel positieve als negatieve gevolgen. Een ruime meerderheid heeft het gemist om buitenshuis leuke dingen te doen en om thuis af te spreken met familie of vrienden, meldt het statistiekbureau CBS.
De onderzoekers hebben ruim 8000 jongeren van 12 tot 25 jaar een vragenlijst voorgelegd in de periode van begin februari tot midden april van dit jaar. Toen gold onder meer de avondklok, werd thuisbezoek beperkt en waren scholen, sportclubs en horeca (deels) gesloten. Maar ook werden de eerste voorzichtige versoepelingen doorgevoerd. De middelbare scholen en mbo's werden bijvoorbeeld gedeeltelijk weer geopend.
Jongvolwassenen van 18 tot 25 jaar hadden vaker het gevoel dat de pandemie een negatieve weerslag had op hun levens. Dit was de ervaring van 53 procent van deze groep, tegen 38 procent van de 12- tot 18-jarigen.
De jongeren van boven de 18 waren ook het meest uitgesproken als ze werd gevraagd welke activiteiten ze hadden gemist. Ze gaven vaker dan middelbare scholieren aan dat ze verlangden naar hoe het was, of het nu ging om sport, hun werk of dat ze naar evenementen als festivals konden gaan.
Ruim een kwart van de onderwijs volgende jongeren miste het om naar het klaslokaal of de collegezaal te gaan. Dit gevoel was het sterkst bij studenten aan de universiteiten en hbo-opleidingen.
De tieners en twintigers voelden ook vaker stress tijdens de pandemie. Bijna de helft van de onderwijsvolgende jongeren zei door de coronacrisis meer stress te hebben gehad over hun opleiding. Bij 17 procent waren de stressgevoelens juist afgenomen.