Buitenlandminister Wopke Hoekstra ziet niet snel gebeuren dat landen in de Europese Unie met één stem gaan spreken richting China. Want in de Europese Unie is het zo geregeld dat lidstaten zelf verantwoordelijk zijn voor hun buitenlandbeleid, zegt hij na afloop van zijn bezoek aan het Aziatische land. Tijdens een debat over EU-beleid pleiten Kamerleden van onder meer D66, GroenLinks en Volt hier juist wel voor. Zij vrezen dat EU-lidstaten - net zoals eerder bij Rusland - te afhankelijk worden van China en zich uit elkaar laten spelen.
Nadat Rusland begin vorig jaar een oorlog begon tegen Oekraïne daalde bij Europese landen het besef in dat ze te afhankelijk waren van het land van president Vladimir Poetin, vooral op het gebied van energie. "Wij dreigen met China precies hetzelfde te doen als het gaat om Taiwan", waarschuwt Sjoerd Sjoerdsma van D66. Hij vindt EU-landen niet eensgezind en hard genoeg zijn richting China. Bovendien is Europa te afhankelijk van het land als het aankomt op de groene en digitale transitie, vindt het Kamerlid.
Tom van der Lee (GroenLinks) prijst dat de EU het afgelopen jaar mede onder druk van Nederland een gesloten front heeft gevormd richting Rusland. "Op die andere geopolitieke bedreiging zien we die eendracht nog niet, zien we verdeeldheid", zegt hij. Dat is ook een punt dat Laurens Dassen van Volt maakt.
Volgens Jeroen van Wijngaarden (VVD) zal het moeite en tijd vergen om een meer gesloten front te krijgen. Hij denkt dat Nederland dit moet proberen door andere landen "met de neus op de feiten" te drukken over de potentiële dreiging die uitgaat van China.
Wat Hoekstra betreft gebeurt er meer dan alleen maar coördineren als het gaat om de houding richting China. "Maar het is natuurlijk niet zo dat als de Europese Commissie met een visie of een perspectief op China zou komen dat je dan in alle redelijkheid kan verwachten dat vervolgens iedereen zich daaraan houdt."