Het kabinet komt met een aantal mogelijkheden om de miljoenennota te vervroegen of de Tweede Kamer op een andere manier inspraak te geven over de Rijksbegroting. Dat zegt de demissionaire minister van Financiën Wopke Hoekstra op een voorstel van zijn eigen partij CDA om de miljoenennota naar het voorjaar te verhuizen. Hoekstra noemt dat een "een spannend idee", waar wel "plussen en minnen" aan zitten.
CDA'er Inge van Dijk stelde voor om in de eerste helft van het jaar de miljoenennota, met daarin de belangrijkste financiële plannen van het kabinet voor het jaar erna, te presenteren. De Raad van State heeft hier vaker voor gepleit, en ook Bart Snels (GroenLinks) en Kamerlid Pieter Omtzigt zijn voorstander. De Kamer heeft op deze manier meer te zeggen over de nota, en het Nederlandse begrotingsritme loopt dan meer gelijk met de Europese cyclus.
"Er zit echt een zekere logica in", geeft Hoekstra toe. Maar hij ziet ook veel bezwaren. "Je ontneemt jezelf daarmee de mogelijkheid bijvoorbeeld koopkrachtreparaties te doen in augustus", vreest de minister. "Je moet ook voorkomen dat je het hele jaar een soort permanente begrotingsonderhandeling met elkaar hebt", voegt hij toe. Volgens Hoekstra moeten kabinet en Kamer serieus praten over wat verplaatsing van de miljoenennota zou betekenen. "Vind je wel of niet dat bij de opening van het parlementaire jaar de koning namens de regering zijn licht laat schijnen over de begroting voor het jaar daarna?" vraagt hij zich af.
Begin volgend jaar komt er een brief met verschillende varianten en hun voor- en nadelen naar de Kamer. De Tweede Kamer en het kabinet moeten hierover dan in discussie, vindt Hoekstra.