Meer dan honderd kippenboeren en brancheorganisatie LTO Nederland hopen voor het gerechtshof in Den Haag alsnog gelijk te krijgen in een zaak tegen de staat over de zogenoemde fipronilcrisis. De pluimveehouders verwijten de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) dat die ernstig tekort is geschoten in de aanpak van de affaire. Dat zou neerkomen op onrechtmatig handelen. De rechtbank was dat vorig jaar niet met de eisers eens.
Nederland was in 2017 wekenlang in de ban van de affaire. Een bedrijf genaamd ChickFriend bleek op grote schaal een verboden middel te hebben gebruikt om in de sector de gevreesde bloedluis te bestrijden: fipronil. In grote hoeveelheden is het spul schadelijk voor de gezondheid, gebruik ervan is in de pluimveesector verboden. Het gevolg was dat zo'n 200 pluimveebedrijven geruimd moesten worden. Supermarkten moesten massaal partijen eieren uit de schappen halen en laten vernietigen. De sector liep tientallen miljoenen euro's financiële schade op.
Volgens de eisers in de zaak had de NVWA eerder moeten ingrijpen en de sector moeten waarschuwen voor de praktijken van ChickFriend. Al eind 2016 had de instantie signalen gekregen. De rechter oordeelde echter dat het onder de verantwoordelijkheid van de kippenboeren zelf valt om zich te informeren over middelen die in hun stallen worden gebruikt. Bovendien zou het strafrechtelijk onderzoek naar de kwestie zijn gehinderd door een waarschuwing.
De bedrijven ChickFriend en ChickClean uit Barneveld en hun eigenaars zijn aansprakelijk voor de schade van hun klanten. Dat heeft de rechtbank in Arnhem in mei bepaald in een andere procedure. Tegen de eigenaren Mathijs IJ. en Martin van de B. loopt ook nog altijd een strafrechtelijk onderzoek.