Het inmiddels jarenlang slepende 'minder-Marokkanen-proces' van PVV-voorman Geert Wilders nadert de ontknoping. Maandag is waarschijnlijk de laatste zittingsdag en dan moet op 4 september de uitspraak volgen.
Omdat er na de vorige zitting, begin juli, nog informatie is gekomen die volgens Wilders' advocaat belangrijk voor het proces is, zal hij tijdens de zitting maandag het hof vragen deze stukken toe te voegen aan het dossier. Daarna krijgt Wilders - opnieuw - de kans het laatste woord te voeren en vervolgens zal het hof waarschijnlijk het onderzoek sluiten.
Advocaat Geert-Jan Knoops wil een ingezonden brief van een agente die vorige maand in het AD stond aan het strafdossier laten toevoegen. Deze agente schreef dat ze veel aangiftes tegen Wilders heeft moeten opnemen van mensen die "niet of nauwelijks" de Nederlandse taal spraken. "De meesten konden nog net ‘aangifte Wilders’ zeggen. Die aangiftes waren wel degelijk geënsceneerd", staat in de brief. Volgens Knoops komt het handelen van het Openbaar Ministerie hierdoor in een ander licht te staan. Hij wil daarom dat het hof deze informatie meeneemt in de beslissing om Wilders al dan niet te veroordelen.
De PVV-leider staat terecht voor uitspraken die hij in maart 2014 deed. Tijdens een verkiezingsbijeenkomst stelde de politicus zijn publiek drie vragen: of ze meer of minder Europese Unie, Partij van de Arbeid en ten slotte Marokkanen wilden. Het publiek scandeerde steeds harder "Minder! Minder!" als antwoord.
Daarmee zette de PVV'er volgens het OM aan tot haat. In hoger beroep heeft het OM net als in eerste aanleg een geldboete van 5000 euro geëist. De rechtbank veroordeelde Wilders in 2016 voor groepsbelediging en het aanzetten tot discriminatie, maar legde geen straf op. Zowel het OM als de politicus ging in beroep.