De gemeente Den Haag laat het vreugdevuur in Scheveningen onderzoeken. Dat wordt uitgevoerd door het Instituut Fysieke Veiligheid, een instelling van de veiligheidsregio's. Wat het instituut precies moet onderzoeken, wordt volgende week bekend. Het is nog niet bekend hoelang de evaluatie duurt.
Bij de jaarwisseling kreeg Scheveningen te maken met een regen van brandend hout. Die was afkomstig van een tientallen meters hoge vuurstapel op het strand. De vonken werden niet naar zee, maar naar Scheveningen geblazen en veroorzaakten schade aan huizen en auto's.
Volgens de burgemeester hebben de bouwers van de vreugdevuren zich niet aan afspraken gehouden en waren de stapels hoger dan was afgesproken. De Haagse gemeenteraad wil weten of de gemeente wel goed heeft gehandhaafd. In de evaluatie wordt daar ook naar gekeken, liet burgemeester Pauline Krikke eerder weten: ,,Want natuurlijk stellen wij onszelf de vraag wat wij in het hele traject van voorbereiding, bouw, toezicht op de bouw en handhaving van de afspraken beter hadden kunnen doen.''
Het IFV doet vaker onderzoek naar zulke incidenten. Zo onderzocht de instelling in 2015 een fatale brand in een seniorenflat in Nijmegen, die vier bejaarden het leven kostte.