Het toeslagenschandaal verziekte de jeugd van Milton Moreira Moreno. Al op 14-jarige leeftijd ging hij aan het werk om zijn moeder, die door de Belastingdienst ten onrechte als fraudeur was bestempeld, te helpen rondkomen. Het maakte hem een man met verantwoordelijkheidsgevoel, maar ook met "schade, een rugtas", verklaarde hij voor de parlementaire enquêtecommissie die het fraudebeleid van de overheid onderzoekt.
"Ik heb geen jeugd gehad", aldus Moreira Moreno. "Want ik deed geen leuke dingen, ik deed geen dingen die ik zou willen, ik deed dingen die ik moest doen. Ik wist gewoon: wakker worden is werken." Hij droeg naar eigen zeggen een verantwoordelijkheid "die je niet op je hoort te nemen op die leeftijd".
Al op 7-jarige leeftijd moest Moreira Moreno zijn moeder lange tijd missen in verband met een ziekenhuisopname. En toen hij 10 was raakte het gezin, waar ook zijn drie jaar jongere broertje toe behoort, verstrikt in het toeslagenschandaal. Er kwam een terugvordering van meer dan een ton binnen. "Ik zag een bedrag dat ik niet eens kon uitspreken", vertelt hij.
Zijn moeder probeerde de problemen weg te houden bij haar kinderen. Zij was stiller en trok zich vaker terug in haar kamer, herinnert de nu 24-jarige Rotterdammer zich. "We gingen normaal altijd samen film kijken, samen koken, samen lachen. Dat verdween in die periode."
Zijn droom om schipper te worden moest Moreira Moreno opgeven. Hij koos voor een opleiding waarmee hij sneller aan het werk zou kunnen. "Ik wou niet werken, dat wil niemand op die leeftijd", zegt hij. "Maar als ik het niet had gedaan, dan hadden we niks. Geen eten, geen kleding, geen voetbal, niks."
Een slachtoffer wil Moreira Moreno zichzelf niet noemen. Maar hij zegt nog steeds last te hebben van de gevolgen van zijn "moeizame" jeugd. Vooral de omgang met nieuwe mensen vindt hij moeilijk. "Het duurt even voor ik iemand vertrouw." Vertrouwen in de overheid heeft hij niet. Of dat ooit nog terug kan komen, en wat daarvoor nodig zou zijn, weet hij niet.