Energieminister Rob Jetten is "heel serieus aan het kijken" naar verschillende varianten van een prijsplafond voor gas en elektriciteit, zegt de bewindsman in debat met de Tweede Kamer. Het kabinet overweegt zo'n systeem voor de lange termijn. Ondanks positieve geluiden van enkele energieleveranciers kan zo'n maatregel dit najaar waarschijnlijk niet worden ingevoerd.
Verschillende organisaties bepleiten een maximumbedrag voor energie. Zo ook PvdA en GroenLinks, die samen met een plan zijn gekomen voor een prijsplafond tot een bepaald gebruik. Het maximumtarief zou dan gelijk worden gesteld aan dat van januari 2022. Jetten noemt deze variant "heel constructief", omdat het voorkomt dat een prijsplafond tot hoger verbruik leidt.
Hij kijkt ook naar andere versies van een prijsplafond, dat "nuttig zou kunnen zijn om meer stabiliteit en zekerheid te bieden". Maar, voegt Jetten eraan toe: "Mijn analyse op dit moment is nog niet dat dit dit kwartaal of het komend kwartaal is in te voeren."
Tijdens een gesprek met de Tweede Kamer gaf energieleverancier Vattenfall woensdag aan in november of december een prijsplafond in te voeren. Eneco spreekt van januari. Maar Jetten zegt "wel wat verbaasd" te zijn over die termijnen, omdat uit gesprekken die zijn ministerie met energiebedrijven voert, blijkt dat er langer nodig is. Na het rondetafelgesprek tussen de Kamer en de energiebedrijven sprak Jetten met koepelorganisatie Energie Nederland, die aangeeft dat het invoeren van een prijsplafondsysteem per 1 januari "wel heel ambitieus" is. Vooral voor de vele kleinere energieleveranciers zou het moeilijk zijn.
Zo'n prijsplafond past volgens Jetten "in de mix" van maatregelen die het kabinet op de lange termijn treft om ervoor te zorgen dat huishoudens hun rekeningen kunnen blijven betalen. Op korte termijn richt de minister zich op het voorkomen van afsluitingen. "En daarbij is het kabinet bereid de energiebedrijven maximaal tegemoet te komen", drukt de bewindsman de Kamer op het hart.