Kabinet bereid tot financiële steun aan NS in nieuwe concessie

24 apr 2023, 14:33 Landelijk
kabinet bereid tot financiele steun aan ns in nieuwe concessie
ANP
Het kabinet laat onderzoeken of de NS financiële hulp nodig heeft om de belangrijkste spoorverbindingen, het zogeheten hoofdrailnet, de komende jaren goed te kunnen uitvoeren. Mogelijk hoeft het bedrijf in de nieuwe concessie, die in 2025 ingaat, geen vergoeding te betalen. Ook een subsidie ligt op tafel. Daarnaast mag het spoorbedrijf gaan kijken naar een toeslag voor reizigers die in de spits reizen.
Dat meldt staatssecretaris Vivianne Heijnen (Infrastructuur) aan de Tweede Kamer. Sinds de coronapandemie reizen nog altijd minder mensen met de trein dan daarvoor. Daarnaast heeft NS flink last van de gestegen kosten van met name energie, maar ook bijvoorbeeld personeel, materieel en onderhoud.
Het spoorbedrijf zal zelf door moeten gaan met kostenbesparingen door zo doelmatig mogelijk personeel en materieel in te zetten. Daarnaast krijgt de NS ruimte van het kabinet om de tarieven verder te verhogen. Heijnen geeft als voorbeeld dat het kan gaan om een spitstoeslag, die reizigers dan extra moeten betalen als ze in spitsuren met de trein gaan. Naast tijd kan het ook gaan om prijsverschillen naar plaats.
Een extern onderzoek moet uitwijzen of de maatregelen voldoende zijn om uit de kosten te komen, of dat mogelijk meer hulp nodig is vanuit de overheid. Concrete bedragen noemt Heijnen nog niet.
In de huidige concessie voor het hoofdrailnet, die eind 2024 afloopt, betaalt NS een vergoeding van zo'n 80 miljoen euro per jaar. Heijnen zegt eventueel bereid te zijn in de nieuwe concessie van die vergoeding af te zien. Hoe die tegenvaller voor de schatkist moet worden opgevangen, is nog niet duidelijk.
Een woordvoerder van Heijnen benadrukt dat NS alleen hulp krijgt in jaren waarin het verlies lijdt. "We gaan geen bedrijven sponsoren die zwarte cijfers schrijven." NS kreeg de afgelopen jaren al honderden miljoenen van de rijksoverheid om te zorgen dat de treinen tijdens en vlak na de coronacrisis konden blijven rijden.