Nederland gaat wapens aan Oekraïne leveren. Het gaat onder meer om honderd scherpschuttersgeweren met 30.000 stuks bijbehorende munitie, radars en detectoren. Dat heeft de ministerraad vrijdag besloten.
Op 20 januari klopte Oekraïne in Den Haag aan om wapenhulp in verband met de oplopende spanningen met Rusland. Minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken) zei daarop "welwillend" tegenover het verzoek te staan. Defensie is daarna gaan inventariseren welke wapens zij kon leveren.
Naast de scherpschuttersgeweren gaat het om vijf wapenlocatieradars, twee gevechtsveldbewakingsradars, dertig metaaldetectoren en twee draadgeleide detectierobots om (zee)mijnen op te sporen. Verder liggen er 3000 gevechtshelmen en 2000 scherfvesten klaar om naar Kiev gaan.
Het kabinet zegt met de wapenzending Oekraïne te steunen in het recht zich te verdedigen. Met de metaaldetectoren kunnen wapens en mijnen onder de grond worden opgespoord. Een wapenlocatieradar kan vijandelijk artillerievuur en de plek van inslag lokaliseren.
In de Tweede Kamer is voldoende steun voor het leveren van militair materieel aan Oekraïne. Naast de coalitiepartijen hebben ook onder meer PvdA, GroenLinks en DENK aangegeven voorstander te zijn van wapenhulp. De eerste inzet van het kabinet blijft gericht op een diplomatieke oplossing.
Aan de grens van Oekraïne hebben zich ongeveer 130.000 Russische militairen verzameld en veel materieel. De Amerikanen zeggen spoedig een inval in Oekraïne te verwachten. De Russische regering spreekt dit tegen.