Onderwijsminister Dennis Wiersma trekt volgend jaar 23,5 miljoen euro uit aan onderwijs voor kinderen die (hoog)begaafd zijn, een flinke stijging vergeleken met de 14 miljoen euro dit jaar. In 2024 is een verdere stijging van het budget voorzien tot 28 miljoen euro. Dat meldt de bewindsman in een brief aan de Tweede Kamer waarin hij ook maatregelen aankondigt om het aantal hoogbegaafde leerlingen dat thuiszit "terug te brengen tot nul".
Op dit moment komt het nog regelmatig voor dat (hoog)begaafde kinderen geen goed onderwijs krijgen of zelfs thuiszitten, haalt Wiersma uit gesprekken die hij met deze kinderen heeft gevoerd. "Keer op keer waren dit schrijnende verhalen die mij raakten", aldus de minister. Hij vindt dat de behoefte aan ondersteuning van deze leerlingen eerder moet worden erkend en dat ze ook beter moeten worden geholpen.
Een van de maatregelen die Wiersma daarom wil nemen is om scherpere eisen te stellen aan scholen. Het doel is dat voor iedereen met hoofdbegaafdheid een compleet onderwijsprogramma komt. Nadat de wet- en regelgeving volgend jaar is aangescherpt, moet de Inspectie van het Onderwijs ook strenger gaan handhaven. De minister werkt later nog uit hoe deze regels er precies uit gaan zien. De minister wil ook afspraken maken met lerarenopleidingen zodat nieuwe leerkrachten meer kennis hebben over hoogbegaafdheid.
De bewindsman komt ook met een specifieke subsidieregeling voor de (hoog)begaafde leerlingen die op dit moment niet naar school gaan of bij wie dit dreigt te gebeuren. Waar nodig wil de minister ook flexibeler omgaan met de regels, zodat hoogbegaafden bijvoorbeeld het vwo in vijf jaar kunnen doorlopen en het gewonnen jaar kan worden gebruikt voor een excellentieprogramma. Veel van zulk maatwerk is al mogelijk, maar voor het onderwijsveld is het niet altijd duidelijk wat wel en niet mag. Daarom wil de minister zorgen voor meer duidelijkheid.