Om bedrijven aan te sporen te verduurzamen wil het nieuwe kabinet de CO2-heffing verhogen. Het betekent dat bedrijven meer moeten betalen voor de CO2 die zij uitstoten. Het liefst in overleg met buurlanden wil de Nederlandse overheid een "oplopende bodemprijs" afspreken voor het handelen in uitstoot. Hoe hoog de bodemprijs moet worden, is niet duidelijk. De coalitie schat dat de maatregel kan zorgen voor een vermindering van 4 megaton CO2-uitstoot.
Een bodemprijs kan ervoor zorgen dat bedrijven altijd een minimum bedrag kwijt zijn aan hun uitstoot. Het nieuwe kabinet benadrukt in het coalitieakkoord dat het gaat om een bodemprijs bij de CO2-heffing, niet een heffing over de gehele CO2-uitstoot van bedrijven. Op dit moment is het onduidelijk welk deel van de uitstoot van bedrijven dan wel onder de CO2-heffing valt. Als de verhoging van de CO2-heffing geld opbrengt, zal dit geld worden geïnvesteerd in het klimaatfonds, stelt het nieuwe kabinet in het gepresenteerde coalitieakkoord.
Faiza Oulahsen, hoofd Klimaat & Energie van milieuorganisatie Greenpeace, is niet overtuigd. Ze noemt de reductie van 4 megaton CO2-uitstoot "heel weinig". Daarnaast is ze kritisch over het plan: "Het is volstrekt onduidelijk hoe hoog de CO2-heffing gaat zijn en over hoeveel van de uitstoot deze heffing gaat gelden."
Handel in CO2-uitstoot gaat via het Europese emissiehandelssysteem. Het is in het leven geroepen om zo'n 10.000 bedrijven aan banden te leggen die samen verantwoordelijk zijn voor 45 procent van de Europese uitstoot aan broeikasgassen. Met emissierechten mag een bedrijf CO2 uitstoten, het aantal emissierechten in de Europese Unie is beperkt. De prijs wordt nu vastgesteld via marktwerking, de bedoeling is dat de emissierechten elk jaar duurder worden.