Het kabinet, dat vrijdag opnieuw een miljardensteun aankondigde wegens de hoge energieprijzen, waakt voor het oneindig geven van steun uit de staatskas. Het energieplafond voor huishoudens kost naar verwachting al "acht keer de hele politiebegroting", aldus premier Mark Rutte. "Dat kan omdat we er financieel goed voor staan. Maar dat heeft ook zijn grenzen." Hij wil niet uitsluiten dat het kabinet volgend jaar gaat bezuinigen of de belastingen verhoogt.
Wacht op de voorjaarsnota, is zijn boodschap. Vrijdag kondigde het kabinet steun aan voor middelgrote en kleine bedrijven met een hoog energieverbruik, zoals de bakker en de slager. De kosten bedragen naar verwachting 1,6 tot 3,1 miljard euro. De vraag hoe dat plan betaald gaat worden, wordt eveneens pas in het voorjaar beantwoord.
Rutte benadrukt dat er al financiering is voor een deel van de uitgaven in reactie op de energiecrisis. Maar "er blijft een gat", geeft hij toe. Ook veel partijen uit de Tweede Kamer zijn niet te spreken over het miljardengat in de begroting. "Als je er te lang mee doorgaat, gaat het ten koste van de vraag of je op lange termijn je gezondheidszorg en sociale zekerheid kan betalen."
"We sluiten niks uit", zegt ook staatssecretaris Marnix van Rij (Fiscaliteit). Hij benadrukt dat het huishoudboekje van de overheid weer op orde moet komen. "Vroeg of laat moet de rekening betaald worden." De energiecrisis is volgens hem van een andere orde dan de coronacrisis: "Het is geen Covid-19-tijd dat we de sluizen openzetten."
Volgens Rutte voert het kabinet ook intern de discussie waar steun van de overheid ophoudt. De regelingen die het kabinet wegens de torenhoge energieprijzen en in reactie op de coronamaatregelen aankondigde, zijn ongekend in omvang. De premier zegt dat het kabinet bedrijven "niet tegen iedere tegenslag" kan en wil beschermen. Maar "mooie" en in de kern gezonde bedrijven verdienen volgens hem wel steun in uitzonderlijke tijden van crisis.