Kabinet wil 'stabiele factor' zijn in onzekere tijden

15 sep 2020, 15:28 Landelijk
kabinet wil stabiele factor zijn in onzekere tijden
ANP

Het kabinet wil "een stabiele factor zijn in deze ingewikkelde en onvoorspelbare tijd". Daarom houdt het vast aan eerder beloofde lastenverlichtingen en investeringen in bijvoorbeeld onderwijs, veiligheid en duurzaamheid. Daarnaast blijft het veel geld uitgeven om banen te behouden en werkgevers te helpen zich aan te passen aan de coronacrisis.

Dat zegt minister Wopke Hoekstra (Financiën) bij het aanbieden van de Miljoenennota aan de Tweede Kamer. Een derde prioriteit voor het kabinet is het weerbaarder maken van de Nederlandse economie op de langere termijn. Eerder werd al aangekondigd dat daarvoor een Nationaal Groeifonds wordt opgericht, waarmee in de komende vijf jaar 20 miljard euro wordt geïnvesteerd.

Hoekstra noemt de coronacrisis een "zwarte zwaan", een term waarmee in de economische wetenschap een onverwachte gebeurtenis met grote en ontwrichtende gevolgen wordt aangeduid. Zo'n crisis laat zich volgens de bewindsman niet voorspellen, maar de gevolgen kunnen zich nog jaren laten voelen, waarschuwt hij.

Het kabinet kan volgens Hoekstra in deze zware tijden koers houden, en zelfs extra investeren, doordat de afgelopen jaren de overheidsfinanciën juist op orde zijn gebracht. Daarom hoeft er nu niet te worden bezuinigd. Dit jaar komt het begrotingstekort naar verwachting uit op 7,2 procent, volgend jaar op 5,5 procent van het bruto binnenlands product (bbp). In 2018 en 2019 hield het kabinet nog geld over.

Hoekstra erkent dat het ook met alle steunmaatregelen "niet lukt om alle pijn die het virus veroorzaakt weg te nemen". Wel wordt geprobeerd zoveel mogelijk banen te behouden, en waar dat niet lukt om mensen te helpen aan ander werk, zodat zij niet in armoede en schulden terechtkomen. Om de economie een impuls te geven worden investeringen in onder meer infrastructuur ter waarde van 2 miljard euro naar voren gehaald.

De lasten voor burgers gaan omlaag dankzij een lager belastingtarief in de eerste schijf van de inkomstenbelasting, in combinatie met een hogere arbeidskorting. Kleine tot middelgrote bedrijven gaan minder belasting betalen over hun winst, de eerder afgesproken verlaging voor de allergrootste ondernemingen gaat evenwel niet door.

Verder is veel geld uitgetrokken om de stikstofuitstoot terug te dringen, ruim 5 miljard euro in de jaren tot en met 2030. Daarnaast trekt het kabinet de portemonnee voor bijvoorbeeld compensatie van ouders in de zogeheten toeslagenaffaire, de woningbouw, de jeugdzorg en aanvullend klimaatbeleid. Voor het onderwijs, de zorg en de bestrijding van zware criminaliteit komt structureel meer geld beschikbaar.