Het kabinet gaat de Raad van State vragen de uitspraken te schorsen van diverse rechters die hadden bepaald dat familieleden van statushouders naar Nederland kunnen komen. Daarmee zetten de rechters een streep door de nareisbeperking van het kabinet.
Het kabinet heeft bij de Raad van State een voorlopige voorziening aangevraagd. Dat heeft het gedaan in afwachting van het hoger beroep, dat staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel) vrijdag al had aangekondigd.
Het gaat om statushouders die op 22 en 23 december in het gelijk zijn gesteld door vier verschillende rechtbanken. De rechters stelden stuk voor stuk dat de nareisbeperking van het kabinet onwettig is en dat de familieleden van de statushouders die daarvoor naar de rechter waren gestapt naar Nederland mogen komen. De staatssecretaris wil hier een stokje voor steken, blijkt uit de brief die hij dinsdag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.
De afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State doet donderdagmiddag of vrijdagochtend uitspraak in de voorlopige voorziening, laat een woordvoerder van de Raad van State weten. In januari behandelt de Raad van State het hoger beroep van het kabinet. Een zittingsdatum is nog niet bekend.
Vooruitlopend op de voorlopige voorziening heeft de Raad van State besloten dat de staatssecretaris niet binnen een dag een inreisdocument hoeft af te geven voor familieleden van een Turkse statushouder. De rechtbank van Amsterdam had vrijdagmiddag bepaald dat zo'n machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) voor de gezinsleden van de Turkse man binnen 24 uur moest worden afgegeven. Wellicht dat dit na de uitspraak op de voorlopige voorziening alsnog moet gebeuren.
Het kabinet heeft eind augustus besloten tot het instellen van een nareisbeperking. Die geldt voor gezinsleden van erkende vluchtelingen (statushouders). Maximaal vijftien maanden nadat de nareisaanvraag is ingediend, wordt na goedkeuring een visum verstrekt. Als de statushouder eerder een woning heeft voor zijn of haar nareizende familieleden, wordt het visum eerder verstrekt. De maatregel geldt tot en met 2023 en is volgens het kabinet nodig om de druk op de overbelaste asielopvang te verlichten.
Van der Burg maakte vrijdag bekend in hoger beroep te gaan bij de hoogste bestuursrechter, na de zoveelste uitspraak van lagere rechters dat de nareisbeperking indruist tegen veel nationale en internationale verdragen. Het kabinet wil een definitieve uitspraak of de regeling juridisch al dan niet houdbaar is.