Kamerleden vragen om fonds voor noodlijdende bevrijdingsfestivals

24 okt 2023, 18:27 Landelijk
kamerleden vragen om fonds voor noodlijdende bevrijdingsfestivals
Een fonds van minimaal 1 miljoen euro moet voorkomen dat bevrijdingsfestivals in financiële problemen komen als mensen wegblijven vanwege slecht weer, vindt een meerderheid van de Tweede Kamer. In een motie van onder meer de VVD roepen bijna alle Kamerleden onder meer staatssecretaris Gunay Uslu (Cultuur) op om hier werk van te maken. Sinds de coronapandemie blijven de veertien bevrijdingsfestivals met moeite financieel overeind. Het festival in Groningen was daarom vorig jaar voor het eerst niet meer gratis.
De indieners van de motie vinden de viering van 5 mei van "nationaal belang" en onderdeel van "ons gemeenschappelijke culturele bewustzijn". Zij willen dat het kabinet niet wacht tot de begrotingsbehandeling van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW). Die begroting wordt na de verkiezingen behandeld door de Tweede Kamer. Daarom vragen ze het kabinet om uiterlijk eind dit jaar het fonds in het leven te roepen.
De pot geld moet de festivals helpen om zich te verzekeren tegen slecht weer. In ruil moeten ze een "solidariteitsbijdrage" in dit fonds storten. De details moeten verder worden uitgewerkt in samenwerking met het Nationaal Comité 4 en 5 mei.
Ook dit jaar werden de bevrijdingsfestivals niet geholpen door het weer. De evenementen in Assen, Zwolle en Groningen moesten worden onderbroken vanwege regen en onweer. De laatste twee festivals draaiden hierdoor verlies.
Het was bovendien lang onzeker of het festival in de stad Utrecht kon doorgaan. Uiteindelijk schoten overheden en bedrijven de organisatie financieel te hulp. Dit festival kwam in de problemen vanwege de nasleep van de coronacrisis, de stijgende inflatie en de krapte op de arbeidsmarkt.
De oproep van de Kamerleden is ook gericht aan staatssecretaris Maarten van Ooijen (Volksgezondheid, Welzijn en Sport) en minister Hugo de Jonge (Binnenlandse Zaken), die onder andere verantwoordelijk zijn voor beleid omtrent oorlogsgetroffenen en democratie.