Tweede Kamerlid Femke Merel van Kooten verlaat de Partij voor de Dieren uit onvrede met de koers van haar partij. Ze geeft haar zetel niet terug en gaat "als onafhankelijk Kamerlid" door.
De PvdD versmalt eerder dan dat ze verbreedt en richt zich te veel op haar stokpaardjes, vindt Van Kooten. "In de strijd voor een leefbare aarde voor toekomstige generaties mogen de mensen die nú leven niet vergeten worden", legt ze op Facebook uit. De partij zou moeten "strijden voor dier, natuur, milieu én mens".
Haar ongenoegen daarover heeft ze naar eigen zeggen in de fractie uitgesproken. Toen een bevredigend antwoord uitbleef, besloot ze voor zichzelf te beginnen.
De partij zegt in een reactie "onverwacht geconfronteerd" te zijn met het vertrek van het Kamerlid. "PvdD is onaangenaam verrast dat Van Kooten-Arissen de zetel niet teruggeeft, maar ervoor kiest deze mee te nemen en verder te gaan als eenmansfractie."
Vanwege de "schade" die Van Kooten zou hebben aangebracht aan de partij, heeft het bestuur besloten haar te royeren als lid.
Van Kooten werd in 2017 in de Tweede Kamer gekozen, als vijfde op de lijst. De fractie van de Partij voor de Dieren, die onder leiding staat van Marianne Thieme, telde tot Van Kootens vertrek vijf leden.
De 35-jarige van Kooten was eerder medewerker van de PvdD in de Utrechtse gemeenteraad en de Eerste Kamer en was in Utrecht ook Statenlid. Afgelopen winter was ze een poos met zwangerschapsverlof.
Van Kooten is het eerste lid van de in 2017 gekozen Tweede Kamer dat voor zichzelf begint. De vorige Kamer telde zoveel afsplitsers, dat er sindsdien nieuwe regels zijn ingevoerd die het onaantrekkelijker maken om 'zetelroof' te plegen. Zo krijgen Kamerleden die afscheid hebben genomen van hun fractie een lagere vergoeding dan voorheen.