Gijs de Jong is vol vertrouwen dat Nederland over vier jaar samen met Duitsland en België het WK vrouwenvoetbal mag organiseren. De secretaris-generaal van de KNVB keek met een goed gevoel terug op de organisatie van de Champions League-finale tussen FC Barcelona en VfL Wolfsburg (3-2) in het Philips-stadion. "Deze beelden gaan de wereld over, ik zou nu niet weten wat beter had gekund", zei hij.
Nederland, Duitsland en België hebben voor de organisatie van het WK van 2027 concurrentie van Brazilië, Zuid-Afrika en de combinatie Verenigde Staten/Mexico. "Wij gaan winnen natuurlijk, dat moet de instelling zijn", sprak De Jong. "Daarvoor moet je in de eerste plaats een steengoed bid inleveren. Daarom zijn we heel blij met de steun van het kabinet."
De landen moeten 8 december het bidbook inleveren bij de FIFA. De Jong: "Drie van de vier kandidaten gaan door naar het congres van de FIFA. Daar moeten we zorgen dat we het WK binnenhalen. We moeten lobbyen en andere landen overtuigen. We hebben vandaag weer laten zien hoe gastvrij we zijn."
Tijdens de ledenvergadering op 17 mei 2024 beslissen de 211 landen die zijn aangesloten bij de FIFA wie het WK mag organiseren.
De Jong is in gesprek met de besturen van Amsterdam, Rotterdam, Arnhem, Eindhoven, Groningen, Heerenveen en Enschede, zeven mogelijke speelsteden. Utrecht heeft al aangegeven zich niet kandidaat te stellen. "Uiteindelijk kiezen we vijf Nederlandse steden en worden er vier gebruikt door de FIFA. Het doel is om de openingswedstrijd in Nederland te spelen en ook dat Oranje de drie groepswedstrijden in eigen land afwerkt", gaf De Jong aan. "Het is de komende tijd ook belangrijk dat we laten zien inkomsten te kunnen generen, met televisiegelden bijvoorbeeld. Daar gaan we ook veel tijd en energie in stoppen."
Sportminister Conny Helder ziet het WK graag naar Nederland komen. "Dat vinden we heel belangrijk. Ik denk dat de KNVB en Nederland op deze manier heel goed hebben laten zien dit aan te kunnen. Dit is een hele mooie dag voor de voorbereiding voor het bid", zei ze na de finale. "We trekken samen met de KNVB op. Mijn rol zal zijn om het bid te versterken, te kijken wat er nodig is. Zo zal ik ook kijken wat ik kan doen om andere Europese landen er in mee te nemen."