Nog altijd kunnen zeven ziekenhuizen de zogeheten kritiek planbare zorg, zoals kankerbehandelingen, niet volgens planning leveren vanwege de druk op de intensive cares. Die druk wordt naast het coronavirus veroorzaakt door meer letsel bij mensen en het RS-virus, meldt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) in een advies aan het kabinet.
De NZa waarschuwt het kabinet dat het virus "echt nog niet verslagen" is. "We hebben in de zomerperiode gezien dat het risico van een opleving op de loer ligt. Met de huidige ic-bezetting door Covid-patiënten is er weinig nodig om de (kritiek) planbare zorg opnieuw grootscheeps te moeten afschalen", aldus de Zorgautoriteit, die mede om die reden adviseert om nog niet alle coronamaatregelen los te laten.
Ook hoofdinspecteur Korrie Louwes van de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd wijst erop dat er ziekenhuizen zijn die een deel van de geplande zorg weer moeten afschalen. Volgens haar zijn er echter "geen signalen dat kritiek planbare zorg niet meer binnen de gestelde termijn van zes weken kan worden geleverd".
Ze schrijft aan het kabinet dat zorgaanbieders zich zorgen maken over de toenemende druk op de zorg in het najaar, vanwege de mogelijk oplopende besmettingscijfers. Volgens Louwes is de druk door coronapatiënten nu nog stabiel, maar al "zeker fors".
"Daar komt bij dat de druk op de acute zorg al langere tijd hoog is", aldus de hoofdinspecteur. Door een geboortegolf zijn er meer bevallingen in ziekenhuizen, veel jonge kinderen zijn daarnaast met het RS-virus opgenomen en op de spoedeisende hulp liggen veel patiënten vanwege overmatig alcoholgebruik, geweldsincidenten en verkeersongevallen. "Daarnaast trachten ziekenhuizen zoveel mogelijk uitgestelde zorg in te halen."
Door de coronacrisis moeten ziekenhuizen en klinieken naar schatting nog tussen de 170.000 en 210.000 operaties inhalen.