De kruisspin is voor de zevende keer op rij het meeste geteld bij de jaarlijkse spintelling. Er werden in totaal 460 exemplaren in 75 tuinen en huizen geteld. Dat meldt het Kenniscentrum Insecten op de website Nature Today. De tweede plaats was voor de grote trilspin. Deze werd 186 keer op 55 adressen geteld. Als derde volgde de venstersectorspin met 186 exemplaren in 41 tuinen.
De top tien is min of meer stabiel en bestaat onder andere uit algemene soorten die op veel plekken hun web kunnen maken, zoals de herfsthangmatspin, gewone strekspin en de kruisspin. Alleen de herfstspin is gedaald.
Het gemiddelde aantal getelde spinnen per tuin wordt wel steeds kleiner. Dit jaar waren het er net geen 17. In 2015 werden er gemiddeld veertig spinnen per tuin geteld, in 2016 en 2017 gemiddeld ongeveer dertig, in 2018 was dit circa 22. Het aantal tellers en de plekken waar zij tellen varieert flink per jaar, waardoor de uitkomsten niet zomaar te vergelijken of analyseren zijn, aldus het kenniscentrum.