Hof stuit op muur van stilzwijgen

In het hoger beroep van de zaak rond de Utrechtse 'liquidatiebende' is het gerechtshof in Amsterdam dinsdag op een muur van stilzwijgen gestuit. Twee verdachten die een centrale rol zouden hebben gehad, ontkenden en hielden verder hun mond. Eerder op de dag hulden zij zich bij een getuigenverhoor ook in stilzwijgen.

,,Ik begrijp het niet. Bij de rechtbank heeft u meer verteld dan hier. U wordt verweten dat u moorden heeft voorbereid. Dat is nogal een verwijt. Ik snap niet dat u hier dichtklapt. Dit is uw laatste kans iets recht te zetten."

Levi B. (31) - lichtgrijze broek, zwarte hoody, baardje - buigt zich in het getuigenbankje voorover om het hof te zeggen wat hij deze middag vaak verkondigt: ,,Ik beroep me op mijn zwijgrecht." Alleen op vragen van zijn raadsman ontkent hij kort met liquidaties te maken te hebben.

B. kreeg na een eis van zestien jaar gevangenisstraf zeven jaar cel voor zijn rol in de organisatie, die zich zou hebben toegelegd op het voorbereiden van liquidaties. De bende beschikte over een immens wapendepot en garageboxen om gestolen auto's te stallen. Potentiële doelwitten werden met peilbakens gevolgd en vastgelegd op film.

Bij B. thuis werd een koffer vol met bakens gevonden en een PGP-telefoon waarop hij communiceerde met medeverdachten. Ook lag er een geheugenkaartje met daarop een observatiefilmpje van Abderrahim Belhadj, die bijna een jaar na de aanhouding van B. en zijn medeverdachten werd vermoord.

De rechtbank zag in 2016 geen bewezen verband tussen het filmpje en de liquidatie en strafte lichter dan de eis. De aanklagers beloofden B. dinsdag opnieuw een eis in de dubbele cijfers. Zij willen dat ook het hof oordeelt over de vraag of de bende de moord op onder meer Belhadj heeft voorbereid.

Ook B.'s medeverdachte Zakaria S. (32) beriep zich na een ontkenning op zijn zwijgrecht. Bij hem thuis werden negentig Blackberries en 59 sim-kaarten gevonden. Zijn DNA dook op in de wapenopslagplaatsen. S. - die acht jaar kreeg - zou ook potentiële doelwitten hebben geobserveerd.

Woensdag zijn de andere verdachten aan bod. Donderdag volgen de strafeisen.