Maximale werkstraf en cel voor fraude met vaccinatiebewijzen

Twee mannen zijn woensdag veroordeeld voor het verhandelen van valse coronavaccinatiebewijzen. De rechtbank in Dordrecht legde beiden twaalf maanden celstraf op, waarvan negen maanden voorwaardelijk, en de maximale werkstraf van 240 uur.

Tegen de 28-jarige verdachten Hasan Y. en Shpend R. was eerder door het Openbaar Ministerie twee jaar celstraf, waarvan een half jaar voorwaardelijk, geëist. Doordat ze beiden na hun arrestatie al drie maanden in voorarrest zaten, hoeven de mannen uit de regio Rotterdam niet meer terug naar de gevangenis.

Volgens de rechtbank hadden Y. en R. met de fraude het vertrouwen van de samenleving "ernstig beschaamd". "Mensen moesten erop kunnen vertrouwen dat vaccinatiebewijzen echt zijn. Verdachten hebben uitsluitend oog gehad voor hun eigen financiële gewin."

Hoewel de rechters daarmee twaalf maanden onvoorwaardelijke celstraf "gepast" vonden, besloten ze daarvan toch negen maanden voorwaardelijk op te leggen. In hun ogen hadden de verdachten vanaf hun arrestatie, na een anonieme tip bij de politie, open kaart gespeeld. Bovendien hadden beiden een blanco strafblad én waren ze nog jong. "Daarmee is het te zwaar ze nu terug te sturen naar de gevangenis".

Wel moeten de fraudeurs elk tienduizenden euro’s terugbetalen. Het gaat om winst die ze maakten met het verkopen van vaccinatiebewijzen, terwijl bij hun klanten nooit een prik was gezet op een GGD-vaccinatielocatie.

In hun handel gaf Y. de benodigde persoonlijke gegevens en burgerservicenummers door aan R. die als administratief medewerker van de GGD Rotterdam-Rijnmond op meerdere priklocaties werkte. Nadat klanten een afspraak maakten voor een van die plekken, zette R. op die dag in de computer een digitaal vinkje achter hun naam.

Met dit valse vaccinatiebewijs konden deze klanten zo toch een QR-code krijgen om midden in coronatijd bijvoorbeeld theaters en bioscopen te bezoeken of naar het buitenland te reizen.