Ondanks pogingen van de overheid om de administratieve lasten voor huisartsen te verminderen, zijn die in de afgelopen jaren alleen maar toegenomen. Vier op de vijf huisartsen zegt tegenwoordig meer tijd kwijt te zijn aan administratie dan vijf jaar geleden en bijna de helft van de huisartsen overweegt daarom wel eens te stoppen. Dat blijkt uit een enquête van de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV), waarover EenVandaag eerder berichtte.
Aan de enquête werkten 2296 huisartsen mee, ruim een kwart van de bijna tienduizend artsen die bij de vereniging zijn aangesloten. Twee derde van hen zegt dat de administratieve verplichtingen hen meer dan een dag per week kosten. "Eén hele dag die zij niet kunnen besteden aan patiëntenzorg", stelt de LHV. 87 procent van de artsen vindt dat dit te veel tijd is. Om aan alle vereisten te voldoen maakt 90 procent van hen bovendien extra kosten, vaak in het aanstellen van een praktijkmanager.
De artsen klagen niet over administratieve taken die samenhangen met de praktijkvoering, die horen volgens 83 procent nu eenmaal bij het werk. Het probleem zijn de administratieve handelingen die voortkomen uit wetgeving, zoals de verplichting tot het maken van een jaarverantwoording en het instellen van een cliëntenraad. Bijna alle bevraagde huisartsen zeggen dat deze werkzaamheden niet tot hun vak behoren en twijfelen aan het nut en noodzaak.