Een plaatje van een pak luiers bij een webshop, een foto van een voetbalwedstrijd, het wemelt online van de afbeeldingen. Ooit was dit onmogelijk. Die tijd eindigde precies 25 jaar geleden, in april 1993. Toen werd een nieuwe browser gelanceerd, Mosaic genaamd. Het was het begin van een nieuwe tijd.
In die tijd was het wereldwijde web nog niet echt wereldwijd. Het bestond uit een paar aan elkaar gekoppelde computers van het onderzoekslab CERN in Zwitserland. Wetenschappers gebruikten die om op afstand metingen te bekijken en artikelen te delen. "Het was ons nog niet duidelijk hoe belangrijk het web zou worden. We wisten dat het nuttig was en heel belangrijk voor ons, maar we zagen het nog niet in ieder huis komen'', zegt webpionier Steven Pemberton van het Centrum Wiskunde & Informatica in Amsterdam. De Amsterdamse Brit (65) ging als een van de eerste Europeanen op internet.
Het systeem van CERN liet alleen tekst zien. Wie een afbeelding wilde bekijken, moest op een link klikken, waarna het plaatje in een apart venster werd geopend. Voor de wetenschappers was dat goed genoeg. Maar toen kwam Mosaic. Die zette de plaatjes tussen de tekst, op dezelfde pagina. Daarmee werd het web ook interessant voor gewone burgers. Bovendien werkte Mosaic ook op andere computers met andere systemen.
De mensen achter Mosaic begonnen later het bedrijf Netscape, dat de browser Navigator maakte. Daar kwam de veelgebruikte browser Firefox uit voort. Delen van de code van Mosaic werden gebruikt in Internet Explorer van Microsoft. Google Chrome, de meest gebruikte browser ter wereld, is ook een verre achterneef van Mosaic.
De vraag is of het internet van nu te danken is aan Mosaic. Ja en nee, is het antwoord van Pemberton. "Als zij het niet hadden gedaan, had iemand anders het wel gedaan. Zonder hen waren we hier ook uitgekomen. Maar de makers van Mosaic waren degenen die bewezen dat het kon. En voor zijn tijd was het best een goede browser.''
In de jaren na Mosaic begon het kleine project waar Pemberton aan meewerkte, het wereldwijde web, langzaam aan te slaan. Dat drong tot hem door tijdens een bezoek aan New York, in de lente van 1995. "Bij Times Square zag ik een grote poster met het adres van een website eronder. Toen dacht ik: en vanaf nu is alles anders. Toen werd heel duidelijk dat het web niet alleen meer voor computermensen was.''
Consumenten begonnen het internet te gebruiken in hun dagelijkse leven. "Ze hadden een reden om echt online te willen gaan'', zoals Pemberton het verwoordt. En als drijvende kracht daarachter ziet hij een klein bedrijfje uit Seattle, dat online boeken verkocht. Door Mosaic en zijn opvolgers kon die webshop plaatjes van zijn boeken laten zien. De naam van de winkel: Amazon.com.