Mensen met een midden- en hoger inkomen gaan er volgend jaar flink op vooruit. Het kabinet rekent voor hen op ruim 2 procent extra koopkracht, bevestigen Haagse bronnen na berichtgeving van RTL Nieuws.
Mensen met een lager inkomen moeten het met een iets kleinere koopkrachtstijging doen. Zij zouden 1,4 tot 1,8 procent meer koopkracht kunnen verwachten.
De koopkrachtcijfers worden altijd op Prinsjesdag bekendgemaakt en zijn tot die tijd strikt geheim. Maar RTL Nieuws bemachtigde de zogeheten augustusbrief, waarop de Miljoenennota wordt gebaseerd. Tussen die brief en de uiteindelijke Prinsjesdagstukken zit doorgaans weinig licht.
Om ervoor te zorgen dat mensen volgend jaar wat meer te besteden hebben, tast het kabinet in de buidel. Als er geen extra geld op tafel zou komen, zou de koopkracht gemiddeld maar met 1,2 procent stijgen, raamde het Centraal Planbureau vorige maand.
Vrijwel alle regeringspartijen beklemtoonden de afgelopen weken dat de middengroepen een extraatje verdienen. Hoe dat wordt betaald is nog onduidelijk. Wel lekte al uit dat bijvoorbeeld een aftrekpost voor zzp'ers stevig wordt ingeperkt en dat de verlaging van de winstbelasting voor bedrijven wordt uitgesteld.
Koopkracht is wat je kunt kopen met het inkomen dat je overhoudt als je belastingen en premies hebt afgedragen. De koopkracht valt vaak net wat anders uit dan voorspeld, omdat die meedeint op de inflatie en tal van andere factoren.
Bovendien rekent het kabinet met gemiddelden voor grote groepen mensen, en zijn daarbinnen grote verschillen. Wie bijvoorbeeld een baan vindt of juist verliest, trouwt, scheidt, kinderen krijgt of een huis koopt, voelt dat meer in de portemonnee.