Mondzorgkoepels: blij dat we niet in steek gelaten worden

05 apr 2020, 21:12 Landelijk
mondzorgkoepels blij dat we niet in steek gelaten worden
De gezamenlijke mondzorgkoepels ANT, NVM-mondhygiënisten, ONT en KNMT zijn blij met de steun van de zorgverzekeraars. Bij diverse tandartsen en mondhygiënisten waren de zorgen over het voortbestaan groot omdat financiële hulp uitbleef. "Het is fijn dat we niet in de steek gelaten worden", zei vicevoorzitter Henk Donker van de KNMT namens de koepels. "We werden steeds van het kastje naar de muur gestuurd. De overheid verwees ons naar de verzekeraars, maar die stuurde ons weer terug naar de regering. We hebben toen aan de bel getrokken en gelukkig heeft dat tot iets geleid."
De zorgverzekeraars maakten zondag bekend dat ze zorgaanbieders financieel gaan compenseren voor de inkomsten die zij mislopen tijdens de coronacrisis. Volgens Donker waren er al zorgen bij zeker 275 praktijken. "Dat zou betekenen dat de mondzorg voor een miljoen mensen zou wegvallen. We moeten nog goed gaan bekijken wat de regeling inhoudt, maar dit is een heel goed resultaat in de juiste richting om de mondzorg veilig te stellen."
De tandartsen willen bijvoorbeeld kijken of ze toch nog aanspraak kunnen maken op de noodmaatregel overbrugging voor werkbehoud (NOW). Bij een omzetverlies van 100 procent kunnen bedrijven 90 procent van de loonsom vergoed krijgen. Bij een omzetdaling van 50 procent gaat het om 45 procent van de totale loonsom.
Het Koninklijk Nederlands Genootschap voor Fysiotherapie (KNGF) laat weten dat het merendeel van de fysiotherapeuten met de door de zorgverzekeraars voorgestelde regeling geholpen lijkt. "Het KNGF heeft zich in de laatste weken hard gemaakt voor een dergelijke regeling", aldus de organisatie. "Het KNGF zal onder de aandacht blijven brengen dat de compensatie voor fysiotherapiepraktijken minimaal 80 procent moet bedragen. Wij gaan in de komende dagen verder in gesprek over de brief met Zorgverzekeraars Nederland en de betrokken overheidsinstanties zoals de Nederlandse Zorgautoriteit."