De Nachtwacht van Rembrandt staat weer overeind. Vanaf woensdag kunnen bezoekers van het Rijksmuseum in Amsterdam de voorkant weer zien, nadat het kroonjuweel van de kunsttempel twee maanden op zijn buik had gelegen om onder meer de bollingen in het schilderij weg te werken. Dat moest dringend gebeuren, omdat bollingen de verf kunnen doen barsten. Ze werden verholpen door er gewichtjes op te zetten. Met een nieuw systeem moeten nieuwe bollingen worden voorkomen.
Het schilderij is van het oude houten frame afgehaald, waarvoor ruim vijfhonderd spijkertjes moesten worden verwijderd. Er is een aluminium frame voor in de plaats gekomen. Het steundoek dat in 1975 op het originele doek van Rembrandt werd aangebracht, is groter dan het schilderij zelf en de 'flappen' ervan konden om het aluminium frame worden gevouwen. Er zijn tussen het frame en het doek bovendien speciale veertjes aangebracht. Aan de hand van die veren kan continu worden gemeten of er werking in het schilderij zit. Die veertjes kunnen dan zo worden afgesteld, dat het kunstwerk weer gestabiliseerd wordt.
Er is voor een aluminium frame gekozen, omdat dat niet krimpt of uitzet, zoals een houten frame wel doet. Het hele gevaarte is ook tientallen kilo's lichter geworden, want hout is veel zwaarder. Het houten frame was dik 100 kilo, het aluminium exemplaar slechts 64.
De directie van het Rijksmuseum moet nu beslissen of de operatie om de Nachtwacht in volle glorie voor toekomstige generaties te behouden hierbij blijft, of dat bijvoorbeeld de vernislaag ook moet worden vervangen. Dat heeft voor- en nadelen. Voordeel is dat het wereldberoemde kunstwerk van onze grootste meester voor heel lange tijd in optimale toestand zal blijven. Nadelen zijn dat het schilderij lange tijd weer niet goed te zien zal zijn en dat de ingreep toch ook (kleine) risico's met zich meebrengt. Het besluit zal over ongeveer twee maanden vallen. Maar tot dan is de Nachtwacht in ieder geval weer door iedereen te bewonderen.