Nederland gaat in de strijd tegen de georganiseerde criminaliteit meer samenwerken met Frankrijk, België en Spanje. Demissionair minister van Justitie Ferd Grapperhaus sloot donderdag een overeenkomst met de ministers van Justitie en van Binnenlandse Zaken van de drie landen.
In een gezamenlijke verklaring zeggen de betrokken landen onder meer zee- en luchthavens beter te willen wapenen tegen corruptie en infiltratie door criminelen, door kennis uit te wisselen. Ook willen ze meer samenwerken om crimineel geld op te sporen en in beslag te nemen. Met landen in Latijns-Amerika moet worden gekeken hoe zij steviger kunnen optreden tegen criminele netwerken.
"We moeten voorkomen dat als we in de Rotterdamse haven stevige maatregelen treffen om drugshandel tegen te gaan, het daarna in Antwerpen toeneemt", aldus Grapperhaus. "Het is ook belangrijk dat als de Nederlandse politie stuit op belangrijke informatie, deze snel gedeeld kan worden met de Spaanse of Franse politie en gezamenlijk wordt opgetreden tegen internationale criminele groeperingen en hun vermogen, zowel in Europa als onder meer in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied."
De vier landen willen minstens één keer per jaar bijeenkomen om de samenwerking uit te breiden.