In Margraten is maandagmiddag het nieuwe bezoekerscentrum geopend van de Amerikaanse oorlogsbegraafplaats. Wereldwijd gaat het om het tiende bezoekerscentrum van beheerder American Battle Monuments Commission (ABMC). De ruim 26 hectare grote begraafplaats in Zuid-Limburg trekt jaarlijks tussen de 50.000 en 100.000 bezoekers.
Het nieuwe bezoekerscentrum biedt zo'n 300 vierkante meter aan tentoonstellingsruimte, waarin de verhalen verteld worden van de in Margraten begraven militairen. Het bezoekerscentrum staat op een heuvel en is door Kaan Architecten zo ontworpen dat je een panoramisch vergezicht hebt over de plaatsen waar gevochten is, en waarover de tentoonstelling vertelt. "Zo wordt de geschiedenis van de strijd om de Maas verteld op een wand die uitziet op Maastricht", lichtte architect Bas Barentse van Kaan toe.
Op The Netherlands American Cemetery and Memorial zijn Amerikaanse soldaten begraven die sneuvelden tijdens de gevechten tegen de Duitsers in onder meer Zuid-Limburg, het Ardennenoffensief, Operation Market Garden en de strijd in het Roergebied. De tentoonstelling belicht ook het verhaal van de luchtaanvallen boven Nederland, Duitsland en Centraal-Europa. Met de aanleg van de begraafplaats werd begonnen nog tijdens de Tweede Wereldoorlog, vlak na de bevrijding van Zuid-Limburg in 1944.
Tot 1948 waren in Margraten meer dan 18.000 doden begraven, maar dat jaar werd begonnen met het repatriëren van ruim 10.000 stoffelijke overschotten naar de VS. Uiteindelijk kregen 8302 doden hun definitieve graf in Margraten. Van bijna 1800 vermiste soldaten staan de namen op een grote herdenkingszuil.
Na het bezoekerscentrum bij de Amerikaanse oorlogsbegraafplaats in Normandië, goed voor twee miljoen bezoekers, is die in Margraten de grootste. "We raken steeds meer ooggetuigen kwijt", zei directeur Frank Lahaye van het bezoekerscentrum. "Straks is er niemand meer, dan moeten wij het verhaal vertellen."