Het nieuwe Wetboek van Strafvordering moet april 2029 in werking treden. Dat heeft het ministerie van Justitie woensdag bekendgemaakt. De bedoeling is dat het parlement in 2026 met de wetswijziging instemt, zodat uitvoeringsorganisaties als de politie en het Openbaar Ministerie drie jaar hebben om zich erop voor te bereiden.
In het Wetboek van Strafvordering staat hoe organisaties in de 'strafrechtketen' te werk moeten gaan bij opsporing, vervolging en berechting. Het huidige wetboek is verouderd: het ministerie wijst er steeds op dat het uit 1926 stamt en door alle aanpassingen onoverzichtelijk is geworden. Daarnaast werkt de wet niet goed bij nieuwe vormen van criminaliteit, zoals cybercrime.
De vernieuwing is een juridische mega-operatie met meerdere wetboeken die in tranches naar de Tweede Kamer worden gestuurd. Een 'innovatiewet' waarmee organisaties ervaring kunnen opdoen, is al sinds eind 2022 van kracht. De kosten van de overstap zijn geraamd op 450 miljoen euro.
"Je moet denken in de orde van grootte van de Omgevingswet", zegt een woordvoerder, doelend op de wet over ruimtelijke ordening die meermaals vertraging opliep en dit jaar in werking is getreden. Tien jaar geleden zei de toenmalige justitieminister Ivo Opstelten nog dat hij de vernieuwing van het Wetboek van Strafvordering in zijn kabinetsperiode wilde afronden.
Tot vorig jaar stond de inwerkingtreding nog gepland voor 2026. Maar inmiddels demissionair minister Franc Weerwind (Rechtsbescherming) zag daarvan af nadat de uitvoerders hun zorgen hadden geuit over de digitale systemen die ze moeten aanpassen. "We hebben geen reden om te denken dat het niet zou kunnen", zegt de justitiewoordvoerder nu over 2029. "Deze datum is nadrukkelijk in overleg met uitvoeringspartijen vastgesteld."