De rechtbank Amsterdam behandelt donderdag de zaak over de moord op misdaadverslaggever Peter R. de Vries. Het gaat opnieuw om een inleidende, voorbereidende zitting. Het inhoudelijke proces vindt waarschijnlijk in juni plaats.
Het Openbaar Ministerie verdenkt Delano G. (22) en Kamil E. (35) van de moord op De Vries. Volgens het OM is G. de schutter en bestuurde E. de vluchtauto en deed hij voorverkenningen.
E., van Poolse komaf, ontkent in alle toonaarden. Hij heeft iemand op en neer naar Amsterdam gereden op de dag dat De Vries werd neergeschoten, vertelde hij eerder al, maar hij had geen weet van een moord. Volgens justitie is hij in de periode ervoor tijdens mogelijke voorverkenningen in Amsterdam door bewakingscamera's geregistreerd. E. ontkent dat hij daar toen was.
G. heeft tot nu toe gezwegen. Op het vermoedelijke moordwapen is zijn DNA gevonden, op zijn handen zogeheten schotresten. Deze komen vrij bij het afvuren van een wapen.
De Vries is op 6 juli neergeschoten in de Lange Leidsedwarsstraat in Amsterdam, na een optreden in het programma RTL Boulevard. Hij bezweek negen dagen later in een ziekenhuis aan zijn verwondingen. Het OM zei op een eerdere zitting dat het er "alle schijn" van heeft dat de moord verband houdt met de werkzaamheden van De Vries. Hij trad sinds de zomer van 2020 op als adviseur en vertrouwenspersoon van Nabil B., de kroongetuige in het liquidatieproces Marengo rond hoofdverdachte Ridouan Taghi. In 2018 en 2019 werden respectievelijk de broer en de advocaat van de kroongetuige vermoord.
Kort na het neerschieten van De Vries kon de politie Rotterdammer G. en E. uit Maurik aanhouden. Het tweetal werd klemgereden op de A4, ter hoogte van de afrit Leidschendam.