OM eist celstraf voor bedreigen Kaag met fakkel

30 jan 2023, 13:12 Landelijk
om eist celstraf voor bedreigen kaag met fakkel
ANP
Het Openbaar Ministerie heeft maandag in hoger beroep een celstraf van 174 dagen en zes maanden voorwaardelijk geëist tegen Max van den B. (30), die vorig jaar met een brandende fakkel voor het huis van D66-leider Sigrid Kaag stond. Daarnaast eist het OM dat het hof de verdachte een contact- en gebiedsverbod oplegt voor leden van het kabinet. Van den B. hoeft wat de aanklager betreft niet terug naar de gevangenis, want hij heeft zijn straf al in voorarrest uitgezeten.
De politierechter veroordeelde Van den B. vorig jaar tot zes maanden cel voor het bedreigen van Kaag, toen eiste het OM negen maanden cel. Van den B. ging tegen het vonnis in hoger beroep, dat maandag diende bij het gerechtshof in Den Haag. "Demonstreren mag. Wat we niet willen is dat mensen grenzen overschrijden", zei de aanklager bij het hof. "In feite is verdachte voor eigen rechter gaan spelen."
De verdachte uit Amsterdam erkent dat hij op 5 januari 2022 met een brandende fakkel voor de deur van Kaag stond en leuzen schreeuwde in haar straat. Zijn protest werd gefilmd voor sociale media. Hij had naar eigen zeggen niet de bedoeling Kaag te bedreigen. "De intentie was om door haar straat te lopen en even contact met haar te maken. We zijn daarna meteen weggegaan toen bleek dat ze niet met ons wilde spreken", aldus de verdachte. "Als ik het over had mogen doen, had ik de fakkel niet naar de deur meegenomen. Dat zag er een beetje onhandig uit."
De aanklager noemde de impact van de bedreiging zeer groot. "De verdachte ziet het als zijn plicht een strijd te voeren met de overheid. Dit is een zeer beangstigende situatie geweest voor de bewoners. In een democratische rechtsstaat is het van belang dat politici zonder angst en bedreigingen hun werk kunnen doen."
Het hoger beroep gaat ook over het bedreigen van voormalig topambtenaar Joris Demmink. Eveneens met draaiende camera ging Van den B. verhaal halen bij een sociëteit in Den Haag om Demmink te confronteren met verdenkingen van pedofilie, waar overigens nooit enig bewijs voor is gevonden.